Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • Handelingen 10
  • Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

Overzicht van Handelingen

    • H. Prediking bereikt onbesneden heidenen in Cesarea en Syrisch Antiochië (10:1–12:25)

      • Legerofficier Cornelius ziet visioen en laat Petrus komen (10:1-8)

      • Petrus krijgt visioen waarin dieren rein worden verklaard (10:9-16)

      • Petrus bezoekt Cornelius en Cornelius vertelt over zijn visioen (10:17-33)

      • Petrus maakt heidenen goed nieuws bekend; ‘God is niet partijdig’ (10:34-43)

      • Heidenen ontvangen heilige geest en worden gedoopt (10:44-48)

      • Petrus’ verslag aan apostelen in Jeruzalem (11:1-18)

      • Barnabas en Saulus prediken tot Grieken in Syrisch Antiochië, waar discipelen voor het eerst christenen genoemd worden (11:19-26)

      • Christelijke profeet Agabus voorspelt hongersnood; hulp voor broeders in Judea (11:27-30)

      • Herodes doodt Jakobus en zet Petrus gevangen (12:1-5)

      • Jehovah’s engel bevrijdt Petrus uit gevangenis (12:6-19)

      • Herodes geslagen door Jehovah’s engel (12:20-25)

Handelingen 10:1

  • een legerofficier: Of ‘een centurio’. Een centurio had in het Romeinse leger het bevel over zo’n 100 soldaten.

    wat de Italiaanse afdeling werd genoemd: Waarschijnlijk was dit een cohort, dat zo genoemd werd om het van de reguliere Romeinse legioenen te onderscheiden. Een volledig cohort bestond uit zo’n 600 man, dat wil zeggen ongeveer een tiende van een legioen. (Zie aantekening bij Mt 26:53.) Er zijn bewijzen dat het Tweede Italiaanse Cohort van Romeinse Burgervrijwilligers (Latijn: Cohors II Italica voluntariorum civium Romanorum) in 69 in Syrië aanwezig was, en volgens sommigen was dat de Italiaanse afdeling die hier vermeld wordt.

Index

  • Studiehulp

    Inzicht, blz. 172, 407, 447, 1176-1177

    Getuigenis, blz. 70

    De Wachttoren,

    1/6/1990, blz. 18-19

    15/5/1990, blz. 25

    1/9/1986, blz. 19

    1/12/1964, blz. 723-725

  • Publicatie-index

    it-1 407, 447, 1176-1177; it-2 172; bt 70; w90 15/5 25; w90 1/6 18; w86 1/9 19;

    w64 724; ns 279, 281

Handelingen 10:2

Voetnoten

  • *

    Of ‘gaven van barmhartigheid aan’. Zie Woordenlijst.

Index

  • Studiehulp

    Inzicht, Deel 1, blz. 447-448, 865

    De Wachttoren,

    15/1/1990, blz. 6

    1/12/1964, blz. 723-725

    Ontwaakt! 1971,

    8/12/1971, blz. 27

  • Publicatie-index

    it-1 447-448, 865; w90 15/1 6;

    g71 8/12 27; w64 724

Handelingen 10:3

  • Rond het negende uur van de dag: Dat wil zeggen rond 15.00 uur. (Zie aantekening bij Mt 20:3.)

Verwijsteksten

  • +Han 3:1

Index

  • Publicatie-index

    g66 22/9 27

Handelingen 10:4

Voetnoten

  • *

    Of ‘gaven van barmhartigheid’. Zie Woordenlijst.

Verwijsteksten

  • +Ps 65:2

Index

  • Studiehulp

    De Wachttoren,

    1/6/1990, blz. 18-19

    15/1/1990, blz. 6

    1/12/1964, blz. 723-725

  • Publicatie-index

    w90 15/1 6; w90 1/6 18-19;

    w64 724

Handelingen 10:6

  • Simon, een leerlooier: Leerlooiers werkten met dierenhuiden en verwijderden de vacht en alle restanten van vlees en vet met een kalkoplossing. Daarna behandelden ze de huid met een krachtige looistof, zodat de huid tot leren artikelen verwerkt kon worden. Bij het looiproces kwam een heel onaangename geur vrij en er was veel water voor nodig, wat kan verklaren waarom Simon aan de zee woonde, waarschijnlijk aan de rand van Joppe. Volgens de wet van Mozes was iemand die met karkassen van dieren werkte ceremonieel onrein (Le 5:2; 11:39). Veel Joden keken dan ook neer op leerlooiers en zullen niet graag bij zo iemand gelogeerd hebben. De Talmoed zei later zelfs dat het beroep van leerlooier nog minderwaardiger was dan dat van iemand die mest verzamelde. Maar Petrus liet zich er niet door vooroordeel van weerhouden bij Simon te logeren. Petrus’ ruimdenkendheid is interessant als we denken aan de toewijzing die hij hierna kreeg: naar het huis van een heiden gaan. Sommige geleerden denken dat het Griekse woord voor leerlooier (burseus) Simons bijnaam was.

Index

  • Studiehulp

    De Wachttoren,

    1/6/2011, blz. 18

    Getuigenis, blz. 69

    Ontwaakt! 1972,

    8/5/1972, blz. 28

  • Publicatie-index

    w11 1/6 18; bt 69;

    g72 8/5 28; g64 8/3 8

Handelingen 10:7

Index

  • Studiehulp

    Inzicht, blz. 174, 865

  • Publicatie-index

    it-1 865; it-2 174

Handelingen 10:9

  • het dak: De daken van de huizen in Israël waren plat en werden voor veel doelen gebruikt, zoals opslag (Joz 2:6), rust (2Sa 11:2), slaap (1Sa 9:26), religieuze feesten (Ne 8:16-18) en een plek om rustig te bidden. Toen Petrus op het dak aan het bidden was, was hij niet als de huichelaars die graag gezien wilden worden tijdens het bidden (Mt 6:5). Omdat het platte dak ommuurd was, konden anderen hem waarschijnlijk niet zien (De 22:8). Het dak was ook een plek om zich te ontspannen en ’s avonds te ontsnappen aan het lawaai van de straat. (Zie aantekening bij Mt 24:17.)

    rond het zesde uur: Dat wil zeggen rond 12.00 uur. (Zie aantekening bij Mt 20:3.)

Index

  • Studiehulp

    De Wachttoren,

    15/5/1990, blz. 25

    1/6/1968, blz. 327

    Ontwaakt! 1972,

    8/5/1972, blz. 28

  • Publicatie-index

    w90 15/5 25;

    g72 8/5 28; w68 327; g66 22/9 27

Handelingen 10:10

  • had hij een visioen: Of ‘raakte hij in trance’. Het Griekse woord ekstasis (van ek, ‘uit’ of ‘buiten’, en stasis, ‘staan’ of ‘positie’) duidt erop dat iemand buiten zijn normale geestesgesteldheid treedt door verbazing, verbijstering of een visioen van God. Het wordt ook wel vertaald met ‘blijdschap’ (Mr 5:42), ‘versteld’ (Lu 5:26) en ‘overstuur’ (Mr 16:8). In Handelingen wordt het woord in verband gebracht met een actie van God. Kennelijk bracht de heilige geest soms in iemands geest een visioen of beeld van Gods voornemen over terwijl de persoon zich in een toestand van diepe concentratie of een met een slaap te vergelijken toestand bevond. Iemand die in trance was, was zich totaal niet bewust van zijn omgeving en was ontvankelijk voor een visioen. (Zie aantekening bij Han 22:17.)

Verwijsteksten

  • +Han 11:5-10

Index

  • Studiehulp

    De Wachttoren (1952),

    1/7/1952, blz. 199-200

  • Publicatie-index

    w52 200

Handelingen 10:11

Voetnoten

  • *

    Lett.: ‘een soort voorwerp (vat)’.

Handelingen 10:12

Voetnoten

  • *

    Of ‘reptielen’.

Index

  • Studiehulp

    Inzicht, Deel 2, blz. 130

  • Publicatie-index

    it-2 130

Handelingen 10:13

Voetnoten

  • *

    Of ‘breng als slachtoffer’.

Handelingen 10:14

Verwijsteksten

  • +Le 11:4, 13-20; 20:25; De 14:3, 19; Ez 4:14

Index

  • Studiehulp

    Inzicht, Deel 1, blz. 504

    Verenigde aanbidding, blz. 118-119

    Natiën, blz. 107-108

    De Wachttoren (1964),

    1/9/1964, blz. 521-522

  • Publicatie-index

    it-1 504;

    uw 118-19; kj 107; w64 521-2

Handelingen 10:15

Index

  • Studiehulp

    De Wachttoren,

    1/5/1976, blz. 284

    1/9/1964, blz. 521-522

  • Publicatie-index

    w64 521-2

Handelingen 10:16

Voetnoten

  • *

    Lett.: ‘het voorwerp (vat)’.

Handelingen 10:17

Verwijsteksten

  • +Han 11:11

Index

  • Studiehulp

    Getuigenis, blz. 71

  • Publicatie-index

    bt 71

Handelingen 10:19

Verwijsteksten

  • +Han 8:29; 13:2; 15:28; 16:6; 20:23

Handelingen 10:20

Index

  • Studiehulp

    De Wachttoren (1964),

    1/9/1964, blz. 522-523

  • Publicatie-index

    w64 522

Handelingen 10:22

  • heeft (...) opdracht van God gekregen: Het Griekse werkwoord chrematizo komt in de Griekse Geschriften negen keer voor (Mt 2:12, 22; Lu 2:26; Han 10:22; 11:26; Ro 7:3; Heb 8:5; 11:7; 12:25). In de meeste gevallen houdt het woord duidelijk verband met dingen van goddelijke oorsprong. Het werkwoord wordt hier bijvoorbeeld gebruikt in combinatie met de uitdrukking ‘via een heilige engel’. In Mt 2:12, 22 wordt de uitdrukking gebruikt in verband met dromen die van God kwamen. Het verwante zelfstandig naamwoord chrematismos komt voor in Ro 11:4, en de meeste woordenboeken en vertalingen gebruiken weergaven als ‘goddelijke uitspraak’, ‘goddelijk antwoord’, ‘Gods antwoord’, ‘het antwoord van God’. In één vertaling van de Griekse Geschriften in het Hebreeuws (in App. C4 J18 genoemd) wordt het hier in Han 10:22 weergegeven als ‘heeft een gebod van Jehovah gekregen’. (Zie aantekening bij Han 11:26.)

Verwijsteksten

  • +Han 10:1

Index

  • Studiehulp

    De Wachttoren (1960),

    15/9/1960, blz. 557-559

  • Publicatie-index

    w60 558

Handelingen 10:23

Index

  • Studiehulp

    Ontwaakt! 1972,

    8/5/1972, blz. 28

  • Publicatie-index

    g72 8/5 28

Handelingen 10:24

Index

  • Studiehulp

    De Wachttoren,

    15/3/2014, blz. 3-4

    15/1/1966, blz. 52-53

    Getuigenis, blz. 71-72, 75

  • Publicatie-index

    w14 15/3 3-4; bt 71, 75;

    or 107; li 274; w66 52

Handelingen 10:25

  • bewees hem eer: Of ‘boog zich voor hem neer’, ‘bracht hem hulde’. Toen Jezus op aarde was, bewezen mensen hem eer en hij wees hen niet terecht (Lu 5:12; Jo 9:38). Jezus was namelijk de erfgenaam van de troon van David en werd dus terecht als koning geëerd (Mt 21:9; Jo 12:13-15). Ook in de Hebreeuwse Geschriften wordt gezegd dat mensen zich neerbogen als ze profeten, koningen of andere vertegenwoordigers van God ontmoetten, die deze eer aanvaardden (1Sa 25:23, 24; 2Sa 14:4-7; 1Kon 1:16; 2Kon 4:36, 37). Maar toen Cornelius zich voor Petrus neerboog en hem eer bewees, weigerde Petrus die eer en zei tegen hem: ‘Sta op, ik ben ook maar een mens’ (Han 10:26). Kennelijk werden door Christus’ leer nieuwe gedragsnormen voor menselijke aanbidders van God geïntroduceerd. Jezus leerde zijn discipelen: ‘Jullie hebben maar één Meester, terwijl jullie allemaal broeders zijn. (...) Jullie hebben maar één Leider, de Christus’ (Mt 23:8-12).

Index

  • Studiehulp

    Inzicht, Deel 1, blz. 1104

    Inzicht, Deel 1, blz. 1116

    De Wachttoren,

    15/2/1971, blz. 126-127

    1/3/1969, blz. 158-159

  • Publicatie-index

    it-1 1104, 1116;

    w71 127; w69 159; g66 8/3 17; g64 22/5 5

Handelingen 10:26

Verwijsteksten

  • +Lu 4:8; Han 14:12-15; Opb 19:10; 22:8, 9

Index

  • Studiehulp

    Inzicht, Deel 1, blz. 1104

    Inzicht, Deel 1, blz. 1116

    De Wachttoren,

    15/2/1971, blz. 126-127

  • Publicatie-index

    it-1 1104, 1116;

    w71 127; g66 8/3 17; g64 8/1 7; g64 22/5 5

Handelingen 10:27

Index

  • Publicatie-index

    w74 685

Handelingen 10:28

  • dat het een Jood verboden is: Volgens de Joodse religieuze leiders in Petrus’ tijd werd iedereen die het huis van een heiden binnenging ceremonieel onrein (Han 10:28). Maar in de wet van Mozes stond geen specifiek verbod tegen dit soort omgang. Bovendien werd de muur die de Joden van de heidenen scheidde verwijderd toen Jezus zijn leven als losprijs gaf en het nieuwe verbond in werking trad. Op die manier maakte Jezus ‘de twee groepen één’ (Ef 2:11-16). Maar zelfs na Pinksteren 33 begrepen de discipelen niet meteen de betekenis van wat Jezus had gedaan. Het duurde zelfs jaren voordat het de Joodse christenen lukte zich te ontdoen van de houding die werd gepromoot door hun voormalige religieuze leiders en die in hun cultuur verankerd was.

Verwijsteksten

  • +Jo 18:28
  • +Han 10:15, 45; Ef 3:5, 6

Index

  • Studiehulp

    Inzicht, Deel 1, blz. 395

    Getuigenis, blz. 71-72

    De Wachttoren,

    1/12/1981, blz. 13

    1/1/1980, blz. 24-25

    15/11/1974, blz. 684-685

    1/9/1964, blz. 522-523

  • Publicatie-index

    it-1 395; bt 71-72;

    w81 1/12 13; w80 1/1 25; w74 685; w64 522

Handelingen 10:29

Index

  • Studiehulp

    De Wachttoren (1964),

    1/9/1964, blz. 522-523

  • Publicatie-index

    w64 522

Handelingen 10:30

  • op het negende uur: Dat wil zeggen rond 15.00 uur. (Zie aantekening bij Mt 20:3.)

Index

  • Studiehulp

    De Wachttoren,

    1/12/1971, blz. 730

  • Publicatie-index

    w71 730; g66 22/9 27

Handelingen 10:31

Voetnoten

  • *

    Of ‘gaven van barmhartigheid’. Zie Woordenlijst.

Verwijsteksten

  • +Han 10:2

Index

  • Studiehulp

    De Wachttoren (1964),

    1/12/1964, blz. 723-725

  • Publicatie-index

    w64 724

Handelingen 10:32

Verwijsteksten

  • +Han 9:43

Handelingen 10:33

  • Jehovah: De meeste Griekse manuscripten gebruiken hier ‘de Heer’ (Grieks: tou Kuriou). Maar zoals in App. C wordt uitgelegd, zijn er meerdere redenen om aan te nemen dat in dit vers oorspronkelijk Gods naam stond en dat die later werd vervangen door de titel Heer. Daarom wordt hier in de hoofdtekst de naam Jehovah gebruikt. (Zie App. C3 inleiding en Han 10:33.)

Handelingen 10:34

  • niet partijdig is: De Griekse uitdrukking die met ‘niet partijdig’ is weergegeven, betekent letterlijk ‘is geen aannemer (ontvanger) van gezichten’. God, die onpartijdig is, oordeelt niet op basis van het uiterlijk en geeft mensen geen voorkeursbehandeling op grond van ras, nationaliteit, maatschappelijke status of andere uiterlijke factoren. Gods onpartijdigheid navolgen betekent anderen niet oppervlakkig oordelen maar aandacht hebben voor hun karakter en eigenschappen, vooral voor eigenschappen waarmee ze onze onpartijdige Schepper navolgen.

Verwijsteksten

  • +De 10:17; 2Kr 19:7; Job 34:19; Ro 2:11

Index

  • Studiehulp

    Voor eeuwig gelukkig!, les 5

    Ontwaakt!,

    nr. 1 2021 blz. 7

    8/7/1990, blz. 13

    8/7/1987, blz. 22

    De Wachttoren (studie-uitgave),

    8/2018, blz. 9

    Inzicht, Deel 2, blz. 481-483

    De Wachttoren,

    1/6/2013, blz. 8

    1/9/2009, blz. 29

    1/2/2004, blz. 30

    15/9/1993, blz. 5

    1/1/1989, blz. 11

    15/5/1988, blz. 10-20

    15/9/1976, blz. 548

    1/11/1974, blz. 670

    15/12/1973, blz. 741-742, 762

    1/4/1971, blz. 223

    15/6/1966, blz. 376-377

    8/12/1965, blz. 13-15

    15/9/1961, blz. 556-557

    15/5/1961, blz. 301-303

    15/9/1953, blz. 275-276, 281-282

    1/8/1953, blz. 239-240

    Getuigenis, blz. 72

    Geïnspireerd, blz. 201-202

  • Publicatie-index

    it-2 481-483; w18.08 9; w13 1/6 8; w09 1/9 29; bt 72; w04 1/2 30; w93 15/9 5; si 201-202; g90 8/7 13; w89 1/1 11; w88 15/5 10-20; g87 8/7 22;

    w76 548; w74 670; w73 742, 762; w71 223; w66 376; g65 8/12 14; g64 22/3 4; g63 22/2 8; g62 8/5 6; g62 8/11 7; w61 302, 556; w53 239, 276, 281; w49 221

Handelingen 10:35

Verwijsteksten

  • +Han 15:7, 14; Ro 2:13; 3:29; 1Kor 12:13; Ga 3:28

Index

  • Studiehulp

    Voor eeuwig gelukkig!, les 5

    Ontwaakt!,

    nr. 1 2021 blz. 7

    8/7/1990, blz. 13

    8/2/1978, blz. 21, 24

    De Wachttoren (studie-uitgave),

    8/2018, blz. 9

    Inzicht, Deel 1, blz. 448

    Inzicht, Deel 2, blz. 141

    De Wachttoren,

    1/6/2013, blz. 8

    1/10/2010, blz. 11

    1/2/2004, blz. 30

    15/5/1988, blz. 10-20

    1/12/1974, blz. 722

    1/11/1974, blz. 670

    15/12/1973, blz. 741-742, 762

    8/12/1965, blz. 13-15

    15/9/1961, blz. 556-557

    15/5/1961, blz. 301-303

    15/9/1953, blz. 275-276, 281-282

    1/8/1953, blz. 239-240

    Getuigenis, blz. 72

    Geïnspireerd, blz. 201-202

    Leven, blz. 109

  • Publicatie-index

    it-1 448; it-2 141; w18.08 9; w13 1/6 8; w10 1/10 11; bt 72; w04 1/2 30; si 201-202; g90 8/7 13; w88 15/5 10-20;

    g78 8/2 24; lp 109; w74 670, 722; w73 742, 762; g68 8/8 27; g65 8/12 14; w61 302, 556; w53 239, 276, 281

Handelingen 10:36

  • de Israëlieten: Of ‘het volk Israël’. Lett.: ‘de zonen van Israël’. (Zie Woordenlijst ‘Israël’.)

Verwijsteksten

  • +Jes 52:7; Na 1:15
  • +Mt 28:18; Ro 14:9; Opb 19:11, 16

Index

  • Studiehulp

    De Wachttoren (1963),

    15/1/1963, blz. 47-48

    1/3/1960, blz. 138-139

  • Publicatie-index

    w63 47; w60 138

Handelingen 10:37

Verwijsteksten

  • +Lu 4:14
  • +Mr 1:4

Index

  • Studiehulp

    De Wachttoren,

    15/2/1973, blz. 115

  • Publicatie-index

    w73 115

Handelingen 10:38

Verwijsteksten

  • +Jes 11:2; 42:1; 61:1; Mt 3:16
  • +Lu 13:16
  • +Jo 3:1, 2

Index

  • Studiehulp

    De Wachttoren (studie-uitgave),

    7/2020, blz. 31

    Inzicht, Deel 1, blz. 736

    Verhalen uit de Bijbel, blz. 186-187

    Heilige geest, blz. 79, 91-95

  • Publicatie-index

    w20.07 31; it-1 736; lfb 186-187;

    hs 79, 91, 95; w73 115; w66 638; im 211; g62 22/6 28; w58 383; nh 300

Handelingen 10:39

  • een paal: Zie aantekening bij Han 5:30.

Verwijsteksten

  • +Lu 23:33

Index

  • Studiehulp

    ‘Goede land’, blz. 28

    Ontwaakt! 1975,

    22/1/1975, blz. 29

  • Publicatie-index

    gl 28;

    g75 22/1 29; w73 115; g63 8/7 29

Handelingen 10:40

Voetnoten

  • *

    Of ‘hem laten verschijnen’.

Verwijsteksten

  • +Jon 1:17; 2:10; Han 2:23, 24

Index

  • Studiehulp

    De Wachttoren,

    15/1/1974, blz. 63

    1/4/1962, blz. 200-201

  • Publicatie-index

    w74 63; w73 115; w62 201; g60 22/8 27

Handelingen 10:41

Verwijsteksten

  • +Lu 24:30, 31, 41-43; Jo 21:13, 14

Index

  • Publicatie-index

    w73 115; g63 8/2 27

Handelingen 10:42

Verwijsteksten

  • +Mt 28:19, 20; Han 1:8
  • +Han 17:31; Ro 14:9; 2Kor 5:10; 2Ti 4:1; 1Pe 4:5

Index

  • Studiehulp

    De Wachttoren,

    15/12/2008, blz. 16, 19

    1/1/2005, blz. 12

    1/1/1980, blz. 25

    15/3/1979, blz. 4-5

    15/6/1966, blz. 376-377

    15/6/1965, blz. 375-377

    15/2/1965, blz. 102-103

    1/8/1962, blz. 467-468

    Koninkrijksdienst,

    2/2003, blz. 3

  • Publicatie-index

    w08 15/12 16, 19; w05 1/1 12; km 2/03 3;

    w80 1/1 25; w79 15/3 4; w73 115; bf 220; w66 376; w65 102, 376; w62 467; w47 268

Handelingen 10:43

Verwijsteksten

  • +Lu 24:27; Opb 19:10
  • +Jes 53:11; Jer 31:34; Da 9:24

Index

  • Studiehulp

    Verenigde aanbidding, blz. 29-30

    De Wachttoren,

    15/2/1973, blz. 115

    15/6/1965, blz. 375-377

  • Publicatie-index

    uw 29-30; w80 1/1 25; w73 115; im 401; w65 376

Handelingen 10:44

  • kwam de heilige geest op iedereen die het woord hoorde: Dit is de enige keer dat de Bijbel vermeldt dat de heilige geest op discipelen werd uitgestort voordat die gedoopt waren. Bovendien speelde Petrus hier een actieve rol in de bekering van Cornelius en zijn gezin, van wie er niemand Joods was. Petrus gebruikte hier dus de derde van ‘de sleutels van het Koninkrijk van de hemel’ en opende de deur voor de prediking in het enorme veld van de heidenen — personen die geen Joden, proselieten of Samaritanen waren. Zo kregen ook zij het vooruitzicht Gods Koninkrijk binnen te gaan. Petrus had de eerste van die sleutels gebruikt om dezelfde hoop open te stellen voor Joden en proselieten en de tweede sleutel voor de Samaritanen (Han 2:22-41; 8:14-17; zie aantekening bij Mt 16:19).

Verwijsteksten

  • +Han 4:31; 8:14, 15

Index

  • Studiehulp

    Inzicht, Deel 1, blz. 447

    Getuigenis, blz. 72

    De Wachttoren,

    1/1/1989, blz. 11

    1/1/1980, blz. 25-26

    15/11/1973, blz. 703-704

    15/2/1973, blz. 115

    15/8/1966, blz. 486-487

    15/1/1962, blz. 48-49

    1/7/1952, blz. 204-205

    Heilige geest, blz. 122-123

    Gods „eeuwige voornemen”, blz. 163-164

  • Publicatie-index

    it-1 447; bt 72; w89 1/1 11;

    w80 1/1 26; hs 123; po 163; w73 115, 703; w66 487; w62 48; w52 204

Handelingen 10:45

  • De besneden gelovigen: Of ‘de getrouwen onder de besnedenen’, dat wil zeggen Joodse christenen (Han 10:23).

Voetnoten

  • *

    Zie Woordenlijst.

Index

  • Studiehulp

    Inzicht, Deel 1, blz. 441, 447-448

    Getuigenis, blz. 72

    De Wachttoren,

    1/1/1980, blz. 25-26

    15/1/1962, blz. 48-49

    Gods „eeuwige voornemen”, blz. 163-164

  • Publicatie-index

    it-1 441, 447-448; bt 72;

    w80 1/1 26; hs 123; po 163; w73 115; w62 48

Handelingen 10:46

  • in vreemde talen: Lett.: ‘in tongen’. Dit wonder vormde een zichtbaar bewijs dat God nu ook heidenen een hemelse roeping gaf. Net als met Pinksteren gebruikte Jehovah heilige geest om duidelijk te maken dat deze nieuwe regeling zijn steun had. Dit overtuigende bewijs kon zowel gezien als gehoord worden. (Zie aantekening bij Han 2:4.)

Verwijsteksten

  • +Han 2:1, 4; 19:6

Index

  • Studiehulp

    De Wachttoren,

    15/11/1981, blz. 5

    1/11/1963, blz. 666-667

  • Publicatie-index

    w81 15/11 5; w80 1/1 26; hs 123; w73 115; w63 666; w47 242

Handelingen 10:47

Verwijsteksten

  • +Mt 3:11; Han 8:36; 11:17

Index

  • Studiehulp

    Inzicht, Deel 1, blz. 519-520

    De Wachttoren,

    1/1/1980, blz. 26

    15/11/1973, blz. 703-704

    15/2/1973, blz. 115

    15/6/1966, blz. 376-377

    15/1/1956, blz. 34-36

  • Publicatie-index

    it-1 519;

    w80 1/1 26; hs 123; w73 115, 703; si63 290; w66 376; ns 281; w56 35

Handelingen 10:48

Verwijsteksten

  • +Mt 16:19; Han 2:38

Index

  • Studiehulp

    Inzicht, Deel 1, blz. 519-520

    De Wachttoren,

    1/8/1973, blz. 469

    15/1/1962, blz. 48-49

    15/1/1956, blz. 34-36

  • Publicatie-index

    it-1 519-520;

    hs 123; w73 115, 469; ns 281; g63 8/3 29; w62 48; w56 35

Andere Bijbelvertalingen

Klik op een versnummer om hetzelfde vers in andere Bijbelvertalingen weer te geven.

Algemeen

Hand. 10:3Han 3:1
Hand. 10:4Ps 65:2
Hand. 10:10Han 11:5-10
Hand. 10:14Le 11:4, 13-20; 20:25; De 14:3, 19; Ez 4:14
Hand. 10:17Han 11:11
Hand. 10:19Han 8:29; 13:2; 15:28; 16:6; 20:23
Hand. 10:22Han 10:1
Hand. 10:26Lu 4:8; Han 14:12-15; Opb 19:10; 22:8, 9
Hand. 10:28Jo 18:28
Hand. 10:28Han 10:15, 45; Ef 3:5, 6
Hand. 10:31Han 10:2
Hand. 10:32Han 9:43
Hand. 10:34De 10:17; 2Kr 19:7; Job 34:19; Ro 2:11
Hand. 10:35Han 15:7, 14; Ro 2:13; 3:29; 1Kor 12:13; Ga 3:28
Hand. 10:36Jes 52:7; Na 1:15
Hand. 10:36Mt 28:18; Ro 14:9; Opb 19:11, 16
Hand. 10:37Lu 4:14
Hand. 10:37Mr 1:4
Hand. 10:38Jes 11:2; 42:1; 61:1; Mt 3:16
Hand. 10:38Lu 13:16
Hand. 10:38Jo 3:1, 2
Hand. 10:39Lu 23:33
Hand. 10:40Jon 1:17; 2:10; Han 2:23, 24
Hand. 10:41Lu 24:30, 31, 41-43; Jo 21:13, 14
Hand. 10:42Mt 28:19, 20; Han 1:8
Hand. 10:42Han 17:31; Ro 14:9; 2Kor 5:10; 2Ti 4:1; 1Pe 4:5
Hand. 10:43Lu 24:27; Opb 19:10
Hand. 10:43Jes 53:11; Jer 31:34; Da 9:24
Hand. 10:44Han 4:31; 8:14, 15
Hand. 10:46Han 2:1, 4; 19:6
Hand. 10:47Mt 3:11; Han 8:36; 11:17
Hand. 10:48Mt 16:19; Han 2:38
  • Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
  • Lees in Nieuwewereldvertaling (nwt)
  • Lees in Studiebijbel (Rbi8)
  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
Handelingen 10:1-48

Handelingen van apostelen

10 In Cesare̱a woonde een man die Cornelius heette, een legerofficier van wat de Italiaanse afdeling werd genoemd. 2 Hij was een diepgelovig man, en hij en iedereen in zijn huis hadden ontzag voor God. Hij gaf vaak giften aan de armen onder* het volk en zond altijd smeekgebeden tot God op. 3 Rond het negende uur+ van de dag had hij een visioen en zag hij duidelijk een engel van God binnenkomen, die zei: ‘Cornelius!’ 4 Hevig geschrokken staarde Cornelius hem aan en vroeg: ‘Wat is er, Heer?’ Hij antwoordde: ‘Je gebeden en je giften aan de armen* zijn naar God opgestegen en zijn steeds in zijn gedachten.+ 5 Stuur daarom mannen naar Joppe om Simon te halen, die ook Petrus wordt genoemd. 6 Hij is te gast bij Simon, een leerlooier die een huis aan de zee heeft.’ 7 Zodra de engel die tegen hem sprak was weggegaan, riep hij twee van zijn bedienden en een diepgelovige soldaat uit degenen die altijd bij hem waren. 8 Hij vertelde ze alles en stuurde ze naar Joppe.

9 De volgende dag, toen die mannen onderweg waren en in de buurt van de stad kwamen, ging Petrus rond het zesde uur het dak op om te bidden. 10 Maar hij kreeg honger en wilde eten. Terwijl er een maaltijd werd klaargemaakt, had hij een visioen.+ 11 Hij zag dat de hemel geopend was en dat er iets* wat op een groot linnen laken leek aan de vier punten op de aarde werd neergelaten. 12 Daarin zaten allerlei viervoetige en kruipende dieren* van de aarde en vogels van de hemel. 13 Toen zei een stem tegen hem: ‘Sta op, Petrus, slacht* en eet!’ 14 Maar Petrus zei: ‘Absoluut niet, Heer, want ik heb nog nooit iets gegeten wat onheilig en onrein was.’+ 15 De stem sprak opnieuw tot hem, voor de tweede keer: ‘De dingen die God heeft gereinigd, mag je niet langer onrein noemen.’ 16 Dat gebeurde een derde keer, en onmiddellijk werd het* weer in de hemel opgenomen.

17 Terwijl Petrus zich nog verbijsterd afvroeg wat het visioen dat hij had gezien betekende, stonden de mannen die Cornelius had gestuurd ineens bij de poort.+ Ze hadden geïnformeerd waar het huis van Simon was. 18 Ze riepen iemand en vroegen of Simon, die ook Petrus werd genoemd, daar te gast was. 19 Terwijl Petrus nog over het visioen nadacht, zei de geest:+ ‘Kijk! Er zijn drie mannen die naar je vragen. 20 Sta op, ga naar beneden en ga met ze mee. Twijfel niet, want ik heb ze gestuurd.’ 21 Toen ging Petrus naar beneden, naar de mannen, en zei: ‘Hier ben ik. Ik ben degene die jullie zoeken. Waarom zijn jullie hier?’ 22 Ze zeiden: ‘Cornelius,+ een legerofficier, een rechtvaardig man die ontzag heeft voor God en over wie het hele Joodse volk positief spreekt, heeft via een heilige engel opdracht van God gekregen om u bij zich thuis te laten komen en te horen wat u te zeggen hebt.’ 23 Daarop nodigde hij ze binnen en ontving ze als gast.

De volgende dag stond hij op en ging samen met ze op weg, en een aantal broeders uit Joppe ging met hem mee. 24 De dag daarop kwam hij in Cesare̱a aan. Cornelius verwachtte hen natuurlijk en had zijn familie en goede vrienden bij elkaar geroepen. 25 Toen Petrus binnenkwam, ging Cornelius naar hem toe, viel aan zijn voeten en bewees hem eer. 26 Maar Petrus hielp hem overeind en zei: ‘Sta op, ik ben ook maar een mens.’+ 27 Al pratend met Cornelius ging hij naar binnen. Daar trof hij een grote groep mensen aan 28 en hij zei tegen ze: ‘Jullie weten heel goed dat het een Jood verboden is met iemand van een ander volk om te gaan of hem te bezoeken.+ Maar God heeft me laten zien dat ik geen mens onheilig of onrein mag noemen.+ 29 Toen ik geroepen werd, ben ik dan ook gekomen zonder bezwaar te maken. Mijn vraag is dus: waarom hebben jullie me laten komen?’

30 Cornelius zei: ‘Vier dagen geleden op dezelfde tijd, op het negende uur, was ik in mijn huis aan het bidden. Opeens stond er een man in glanzende kleding voor me, 31 die zei: “Cornelius, je gebed is verhoord en je giften aan de armen* zijn steeds in Gods gedachten.+ 32 Stuur daarom iemand naar Joppe en laat Simon roepen, die ook Petrus wordt genoemd. Hij is te gast in het huis van Simon, een leerlooier, die aan zee woont.”+ 33 Ik heb u dus meteen laten halen en u was zo vriendelijk hiernaartoe te komen. En nu zijn we hier allemaal bij elkaar in aanwezigheid van God om alles te horen wat Jehovah u heeft opgedragen te zeggen.’

34 Toen nam Petrus het woord en zei: ‘Nu begrijp ik echt dat God niet partijdig is,+ 35 maar in elk volk is iedereen die ontzag voor hem heeft en het juiste doet, aanvaardbaar voor hem.+ 36 Hij heeft zijn woord naar de Israëlieten gestuurd om hun het goede nieuws van vrede+ via Jezus Christus bekend te maken, die Heer is van iedereen.+ 37 Jullie weten waar in heel Judea over gepraat werd (het begon in Galilea+ na de doop die Johannes predikte):+ 38 dat Jezus, die uit Na̱zareth kwam, door God met heilige geest en kracht werd gezalfd,+ en dat hij door het land trok, terwijl hij goede daden deed en iedereen genas die door de Duivel onderdrukt werd,+ want God was met hem.+ 39 En wij zijn getuigen van alles wat hij in het land van de Joden en in Jeruzalem heeft gedaan. Maar ze hebben hem gedood door hem aan een paal te hangen.+ 40 God heeft hem op de derde dag opgewekt+ en hem openbaar laten worden,* 41 niet aan het hele volk, maar aan getuigen die van tevoren door God waren aangewezen, aan ons, die na zijn opstanding uit de dood met hem gegeten en gedronken hebben.+ 42 Ook heeft hij ons opgedragen tot het volk te prediken en een grondig getuigenis te geven+ dat hij het is die door God is aangesteld als rechter van de levenden en de doden.+ 43 Van hem getuigen alle profeten+ dat iedereen die in hem gelooft, door zijn naam vergeving van zonden krijgt.’+

44 Terwijl Petrus daar nog over sprak, kwam de heilige geest op iedereen die het woord hoorde.+ 45 De besneden gelovigen die met Petrus waren meegekomen, waren verbaasd, omdat de vrije gave van de heilige geest ook op heidenen* werd uitgestort. 46 Want ze hoorden hen in vreemde talen spreken en God loven.+ Toen zei Petrus: 47 ‘Kan iemand nog weigeren deze mensen in water te dopen+ nu ze net als wij de heilige geest hebben ontvangen?’ 48 Daarna gaf hij opdracht ze in de naam van Jezus Christus te dopen.+ Vervolgens vroegen ze hem om nog een aantal dagen te blijven.

Nederlandse publicaties (1950-2023)
Afmelden
Inloggen
  • Nederlands
  • Delen
  • Instellingen
  • Copyright © 2023 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
  • Gebruiksvoorwaarden
  • Privacybeleid
  • Privacyinstellingen
  • JW.ORG
  • Inloggen
Delen