Genesis 11:29 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 29 En A̱bram en Na̱hor namen zich voorts vrouwen. De naam van A̱brams vrouw was Sa̱rai,+ terwijl de naam van Na̱hors vrouw Mi̱lka+ was, [zij was] de dochter van Ha̱ran, de vader van Mi̱lka en de vader van Ji̱ska.
29 En A̱bram en Na̱hor namen zich voorts vrouwen. De naam van A̱brams vrouw was Sa̱rai,+ terwijl de naam van Na̱hors vrouw Mi̱lka+ was, [zij was] de dochter van Ha̱ran, de vader van Mi̱lka en de vader van Ji̱ska.