3 En gij moet daarop alle woorden van deze wet schrijven,+ wanneer gij zijt overgetrokken,+ opdat gij het land moogt binnengaan dat Jehovah, uw God, u geeft, een land vloeiende van melk en honing, overeenkomstig hetgeen Jehovah, de God van uw voorvaders, tot u gesproken heeft.+