Psalm 39:1 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 39 Ik zei: „Ik wil mijn wegen behoeden+Om niet te zondigen met mijn tong.+Ik wil een muilband als wacht voor mijn eigen mond leggen,+Zolang er een goddeloze tegenover mij is.”+ Spreuken 12:13 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 13 Door de overtreding van de lippen wordt de slechte persoon verstrikt,+ maar de rechtvaardige raakt uit de benauwdheid.+ Jakobus 5:11 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 11 Ziet! Wij prijzen hen die hebben volhard, gelukkig.+ GIJ hebt van de volharding van Job+ gehoord en hebt gezien hoe Jehovah* het heeft laten aflopen,*+ dat Jehovah* zeer teder in genegenheid en barmhartig* is.+
39 Ik zei: „Ik wil mijn wegen behoeden+Om niet te zondigen met mijn tong.+Ik wil een muilband als wacht voor mijn eigen mond leggen,+Zolang er een goddeloze tegenover mij is.”+
13 Door de overtreding van de lippen wordt de slechte persoon verstrikt,+ maar de rechtvaardige raakt uit de benauwdheid.+
11 Ziet! Wij prijzen hen die hebben volhard, gelukkig.+ GIJ hebt van de volharding van Job+ gehoord en hebt gezien hoe Jehovah* het heeft laten aflopen,*+ dat Jehovah* zeer teder in genegenheid en barmhartig* is.+