2 Koningen 9:33 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 33 Hij dan zei: „Laat haar vallen!”+ Toen lieten zij haar vallen, waarop er wat van haar bloed tegen de muur en tegen de paarden opspatte; en hij vertrapte+ haar nu.
33 Hij dan zei: „Laat haar vallen!”+ Toen lieten zij haar vallen, waarop er wat van haar bloed tegen de muur en tegen de paarden opspatte; en hij vertrapte+ haar nu.