34 „’Van het geschrei in He̱sbon+ helemaal tot Elea̱le,+ helemaal tot Ja̱haz+ hebben zij hun stem laten weerklinken,+ van Zo̱ar+ helemaal tot Horona̱ïm,+ tot E̱glath-Seli̱sia+ toe; want zelfs de wateren van Ni̱mrim+ zelf zullen tot niets dan woestenijen worden.