23 Voorts maakte hij de gegoten zee,+ tien el van de ene rand tot de andere rand, helemaal rond; en ze was vijf el hoog, en met een snoer van dertig el kon men haar rondom omspannen.+
13 En de koperen zuilen+ die in het huis van Jehovah waren, en de wagentjes+ en de koperen zee+ die in het huis van Jehovah waren, braken de Chaldeeën aan stukken, waarop zij het koper daarvan naar Ba̱bylon voerden.+