18 Toen nu Deli̱la zag dat hij zijn hele hart voor haar had blootgelegd, liet zij onmiddellijk de Filistijnse asvorsten+ roepen en zei: „Komt ditmaal op, want hij heeft zijn hele hart voor mij blootgelegd.”+ En de Filistijnse asvorsten kwamen tot haar op om eigenhandig het geld mee te brengen.+