19 „Uw doden zullen leven.+ Een lijk van mij — zij zullen opstaan.+ Wordt wakker en heft een vreugdegeroep aan, GIJ die in het stof verblijft!+ Want uw dauw+ is als de dauw van maluwen,+ en de aarde zelf zal ook degenen die machteloos zijn in de dood, [als bij een geboorte] uitwerpen.+