23Terwijl Pa̱u̱lus het Sa̱nhedrin strak aankeek, zei hij: „Mannen, broeders, ik heb mij tot op deze dag met een volmaakt zuiver geweten+ voor God gedragen.”
16 Behoudt een goed geweten,+ zodat zij die geringschattend over UW goede gedrag in verband met Christus spreken, juist in datgene waarin zij ten nadele van U spreken, beschaamd+ mogen worden.+