Genesis 4:8 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 8 Daarna zei Ka̱ïn tot zijn broer A̱bel: [„Laten wij het veld ingaan.”*] Het geschiedde dan toen zij op het veld waren, dat Ka̱ïn voorts zijn broer A̱bel aanviel en hem doodde.+
8 Daarna zei Ka̱ïn tot zijn broer A̱bel: [„Laten wij het veld ingaan.”*] Het geschiedde dan toen zij op het veld waren, dat Ka̱ïn voorts zijn broer A̱bel aanviel en hem doodde.+