14 Maar nu zal je koningschap niet blijvend zijn.+ Jehovah zal een man naar zijn hart vinden+ en Jehovah zal hém als leider over zijn volk aanstellen,+ omdat jij je niet hebt gehouden aan wat Jehovah je geboden heeft.’+
22 Nadat hij hem had afgezet, maakte hij David koning voor hen,+ over wie hij getuigde: “Ik heb David, de zoon van I̱saï,+ gevonden, een man naar mijn hart.+ Hij zal alles doen wat ik wil.”