53 gooide een vrouw een maalsteen op zijn hoofd, die zijn schedel verbrijzelde.+54 Hij riep snel zijn wapendrager en zei tegen hem: ‘Trek je zwaard en dood me, zodat er niet over me gezegd kan worden: “Een vrouw heeft hem gedood.”’ Daarop doorstak zijn wapendrager hem en hij stierf.
4 Toen zei Saul tegen zijn wapendrager: ‘Trek je zwaard en steek me neer. Dan kunnen die onbesneden mannen+ me niet neersteken en wreed behandelen.’* Maar zijn wapendrager was te bang en wilde het niet doen. Daarom greep Saul het zwaard en stortte zich erin.+
23 Toen Achito̱fel zag dat zijn advies niet was opgevolgd, zadelde hij een ezel en ging naar huis, naar zijn woonplaats.+ Thuis wikkelde hij zijn zaken af+ en daarna hing hij zichzelf op.*+ Zo stierf hij, en hij werd begraven in het familiegraf.