-
Jeremia 40:5, 6Nieuwewereldvertaling van de Bijbel
-
-
5 Toen Jeremia nog steeds niet was teruggegaan, zei Nebuza̱radan: ‘Ga maar terug naar Geda̱lja,+ de zoon van Ahi̱kam,+ de zoon van Sa̱fan,+ die door de koning van Babylon is aangesteld over de steden van Juda. Ga bij hem en het volk wonen, of waar je maar wilt.’
De bevelhebber van de wachters gaf hem toen voedsel en een geschenk en liet hem gaan. 6 Jeremia ging dus naar Geda̱lja, de zoon van Ahi̱kam, in Mi̱zpa+ en ging bij hem wonen en bij de mensen die in het land waren achtergebleven.
-