3 In de woestijn roept een stem:
‘Maak de weg van Jehovah vrij!+
Maak voor onze God een rechte hoofdweg+ door de wildernis.+
4 Laat elk dal worden opgehoogd
en elke berg en heuvel worden verlaagd.
Het ruige landschap moet vlak worden
en het ruwe landschap zal in een vlakte veranderen.+
5 De majesteit van Jehovah zal onthuld worden+
en alle mensen zullen het zien,+
want Jehovah’s mond heeft gesproken.’