-
1 Koningen 2:31-34Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
-
-
31 Toen zei de koning tegen hem: ‘Doe precies wat hij heeft gezegd: dood hem en begraaf hem, en neem het bloed dat Joab zonder reden vergoten heeft weg van mij+ en van het huis van mijn vader. 32 Jehovah zal hem verantwoordelijk stellen voor zijn eigen dood.* Want zonder dat mijn vader David het wist, heeft hij twee mannen die rechtvaardiger en beter waren dan hij met het zwaard gedood: Abner,+ de zoon van Ner, de legeraanvoerder van Israël,+ en Ama̱sa,+ de zoon van Je̱ther, de legeraanvoerder van Juda.+ 33 Joab en zijn nageslacht* zullen voor altijd verantwoordelijk gesteld worden voor hun dood.*+ Maar laat Jehovah aan David, zijn nageslacht, zijn huis en zijn troon voor altijd vrede geven.’ 34 Toen vertrok Bena̱ja, de zoon van Jo̱jada, en hij viel Joab aan en bracht hem ter dood. Hij werd begraven bij zijn eigen huis in de woestijn.
-