De Gileadschool bevordert de wereldomvattende bekendmaking van het Koninkrijk
HET was zondag, 1 oktober 1972. In de loop van de vroege ochtend hadden honderden zich voor de ingang van de Civic Arena in Pittsburgh verzameld, wachtend totdat de deuren zouden opengaan. Zij waren daar gekomen ter gelegenheid van de jaarlijkse corporatievergadering van de Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania. Ditmaal werd het programma echter speciaal gekenmerkt door de graduatie van de drieënvijftigste klas van de Wachttoren-Bijbelschool Gilead. In totaal waren er 7614 vrienden en belangstellenden aanwezig.
Precies dertig jaar geleden, op 24 september 1942, was de raad van bestuursleden van bovengenoemde corporatie, in samenwerking met de Newyorkse corporatie van het Genootschap, tot het besluit gekomen de Gileadschool op te richten. De school wordt beheerd door de Newyorkse corporatie en heeft ten doel zendelingen ertoe op te leiden over de hele aarde bekend te maken dat Gods koninkrijk de enige regering is die de mensheid eeuwige vrede kan brengen. Heeft Gilead aan dit doel beantwoord?
Inwijding en eerste klassen
Het inwijdingsprogramma van Gilead vond plaats op maandag, 1 februari 1943, waarna de honderd studenten van de eerste klas met hun studie begonnen. De school voorziet in een intensieve vijfmaandse cursus van bijbelstudie. Elk bijbelboek wordt zorgvuldig bestudeerd, en er wordt aandacht geschonken aan bijbelse leerstellingen en wetten. Ook krijgt men gewoonlijk onderwijs in een taal en oefening in het spreken in het openbaar.
De eerste vijf klassen van Gilead zijn gedurende de Tweede Wereldoorlog afgestudeerd. Hoe staat het op het ogenblik met de 465 studenten van die eerste vijf klassen?
Sommigen zijn gestorven. Ja, hun gemiddelde leeftijd ligt nu iets boven de vijfenvijftig! Toch zijn 163 van de 465, meer dan een op de drie, nog in de volle-tijdpredikingsdienst of op een van de bijkantoren van het Wachttorengenootschap ergens ter wereld werkzaam! Die afgestudeerden van de eerste paar Gileadklassen hebben ontegenzeglijk een wezenlijk aandeel gehad aan de totstandbrenging van een wonderbaarlijk werk.
Het openen van het predikingswerk
Er is werkelijk geloof en volharding voor nodig om naar een vreemd land te gaan waar slechts enkele of helemaal geen medegetuigen zijn, daar een plaats uit te zoeken om er te wonen en zich aan te passen aan geheel andere levensomstandigheden. Maar dat hebben de afgestudeerden van de Gileadschool gedaan.
In Peru was in 1946 geen enkele gemeente van Jehovah’s getuigen. Maar in oktober van dat jaar kwamen Walter B. Akin en zijn vrouw, beiden van de tweede klas van Gilead, daar te zamen met nog zes andere zendelingen aan. Hoewel zij maar gebrekkig Spaans kenden, gingen zij onmiddellijk aan het werk met een kaart waarop de boodschap in het Spaans stond afgedrukt. Christine Akin ontmoette reeds die eerste dag twee geïnteresseerde families. Er werden nabezoeken gebracht en al gauw waren er elf nieuwe verkondigers van het Koninkrijk! Nu heeft het aantal Koninkrijksbekendmakers in Peru de 6100 overschreden!
Toen Francis Wallace en zijn broer Fred, van de eerste klas van de Gileadschool, op 28 juni 1945 in Nicaragua aankwamen en daar een appartement huurden, waren zij de enige Koninkrijksbekendmakers in het land. Nu zijn er meer dan 1800! Een paar weken voordien hadden de Gileadafgestudeerden Roscoe en Hilda Stone het predikingswerk in El Salvador geopend, waar nu meer dan 2500 de Koninkrijksboodschap bekendmaken. Lennart Johnson en zijn vrouw, van de tweede klas van Gilead, kwamen op 1 april 1945 in de Dominicaanse Republiek aan, en waren op dat tijdstip de enige Koninkrijkspredikers in dat land. Nu zijn er meer dan 4300!
Een zelfde verhaal is te vertellen over Venezuela, Liberia, Bolivia, Honduras, Columbia, en andere landen. De afgestudeerden van de eerste klassen van Gilead hebben op vele, vele plaatsen het predikingswerk geopend.
Gileads volgende klassen
De achtste klas was de eerste internationale klas, met studenten uit achttien landen. Twee van hen, Stanley Jones en Harold King, werden naar China gezonden. Zij kwamen in juni 1947 in China aan en bleven daar werken, ook toen de communisten in 1949 het bewind overnamen. Er werd een hoogtepunt van vierenvijftig Koninkrijksverkondigers bereikt, maar toen begonnen de autoriteiten zich met hen te bemoeien. Ten slotte werden Jones en King in oktober 1958 gearresteerd. Zij hebben respectievelijk zeven en vier en een half jaar in Chinese gevangenissen doorgebracht, maar zijn er met een krachtig geloof uit te voorschijn gekomen.
Van de elfde klas werd Don Haslett eind 1948 naar Tokio in Japan gezonden, om daar de weg voor enkele klasgenoten te bereiden. Er bestond in 1948 in Japan geen georganiseerde Koninkrijksprediking, maar nu zijn er meer dan 14.100 verenigde Koninkrijksverkondigers!
In 1950 openden drie Gilead-zendelingen het predikingswerk in Ethiopië. Spoedig na hun aankomst kwam een jongeman, die had vernomen dat zij zendelingen waren, naar een van hen toe met het verzoek: „Alstublieft mijnheer, vertel mij over Jezus Christus.” Deze jongeman en zijn vriend werden de eerste twee Ethiopische verkondigers. Maar nu zijn er meer dan 800 Koninkrijkspredikers in het land!
Toenemende invloed van Gilead
Een mijlpaal was de graduatie van de eenendertigste klas in het Yankee-stadion in 1958. Opmerkelijk genoeg waren er onder de 103 studenten vertegenwoordigers uit 64 landen. Maar nog opmerkelijker was het aantal van 180.291 personen, onder wie 1461 afgestudeerden van de voorgaande dertig klassen, die tijdens de graduatieplechtigheid aanwezig waren! De president van de Gileadschool, N. H. Knorr, ontroerde zijn reusachtige gehoor door de aandacht te vestigen op die honderden getrouwe zendelingen van vroegere klassen, die vooraan op de sintelbaan zaten. „Bezig zijn met het doen van de goddelijke wil”, zo zei hij, „en met dit waardevolle werk bezig blijven, is het enige wat de moeite waard is!”
En dit hebben honderden zendelingen gedaan; tien jaar, twintig jaar of langer zijn zij getrouw in de hun toegewezen gebieden gebleven. Van de 5235 studenten die in de afgelopen negenentwintig jaar afstudeerden, zijn 2500 nog steeds in de hun toegewezen gebieden werkzaam en maken daar Gods koninkrijk bekend!
In 1942, toen er nog helemaal geen Gilead-zendelingen waren, predikten slechts 10.070 Koninkrijksverkondigers in 11 Afrikaanse landen. Nu zijn er in vijftig landen van Afrika meer dan 265.000 verkondigers! En overal zien wij hetzelfde beeld. De Gileadschool heeft een enorme uitwerking gehad op de wereldomvattende prediking van Gods koninkrijk. — Matth. 24:14.
Tot dusver zijn er uit 111 landen studenten naar Gilead gekomen, die weer naar 159 landen zijn uitgezonden. In de loop der jaren zijn er aan de Gileadschool twaalf talen onderwezen, maar de afgestudeerden prediken de Koninkrijksboodschap in tientallen verschillende talen.
De drieënvijftigste klas van afgestudeerden heeft dezelfde wens, namelijk eraan mee te werken dat de Koninkrijksboodschap over de hele aarde gepredikt wordt.
Door dit verlangen van duizenden jonge mannen en vrouwen om door God gebruikt te worden, kon de Gileadschool aan haar doel beantwoorden, het doel zendelingen op te leiden om een wereldwijde aankondiging van Gods koninkrijk tot stand te brengen.
[Illustratie op blz. 26]
Afgestudeerden van de drieënvijftigste klas van de Wachttoren-Bijbelschool Gilead
53rd Class October 1972
In onderstaande lijst zijn de rijen genummerd van voren naar achteren, en de namen in elke rij verwijzen naar de studenten in volgorde van links naar rechts.
(1) Costa, A.; Asmussen, T.; Plank, L.; Schawohl, H.; Ryle, J.; Hüsener, B.; Smode, S.; LaSalle, P. (2) Hüsener, A.; Nonkes, F.; Bahr, M.; Blackett, W.; Bauer, K.; Jackman, J.; Hansen, B.; Ederle, H. (3) Sattler, R.; Beaumont, E.; Breuer, G.; Garbe, K.; Capriotti, P.; Zwally, H.; Yeomans, W.; Bauer, P. (4) Reichbauer, C.; Ryle, G.; Garza, R.; Pixley, R.; LaSalle, O.; Smode, J.; Costa, R.; Wettach, J. (5) Makoff, D.; Pfister, D.; Uhlig, R.; Nonkes, W.; Capriotti, R.; Asmussen, K.; Hudson, S.; Grasso, R. (6) Sinowski, J.; Loud, F.; Reichbauer, G.; Javens, C.; Burgess, W.; Bahr, G.; Leivers, J.; Schawohl, H.