Anderen behandelen zoals men zelf graag behandeld wil worden — Is het praktisch?
HOE aangenaam is het leven niet wanneer men met consideratie wordt behandeld! Maar hoe weinig mensen zijn er nog maar die in woord en daad rekening houden met anderen. Zij verwachten dat anderen vriendelijk tegen hen zijn en eerlijk met hen omgaan, zonder er zelf misschien bezwaar in te zien zich ten koste van anderen te verrijken.
Wellicht veroordelen zij de verkeerde daden van anderen maar excuseren zij hun eigen morele falen, zijn zij verbolgen over berovingen en verkrachtingen die in de stad plaatsvinden, zonder te beseffen dat zij zich aan andere laakbare feiten schuldig maken, door misschien een ander inkomen aan de belasting op te geven, klanten te bedriegen, op het werk de kantjes eraf te lopen, of een overspelige of voorechtelijke seksuele relatie aan te knopen. Hoewel zij zich misschien in heftig afkeurende woorden over religieuze en raciale vooroordelen uitlaten wanneer zij zelf tot een minderheidsgroep behoren, zullen zij misschien met evenveel gemak de rechten van anderen vertreden wanneer zij zelf eenmaal een grotere macht hebben verworven.
Veel mensen zijn als het grote land dat over „vrede” preekt, maar ondertussen andere landen van wapens voorziet. Zij zijn als de landen die eens hebben gezucht onder een koloniaal bewind, maar na het verwerven van hun onafhankelijkheid zelf een regime van terreur zijn gaan uitoefenen.
De bijbel, een van de oudste levensgidsen die ons ter beschikking staat, waarschuwt echter tegen het aanleggen van een dubbele maatstaf wanneer het gaat om dingen die we zelf doen en die anderen doen. Er staat in: „Een bedrieglijke weegschaal is iets verfoeilijks voor Jehovah” (Spr. 11:1). „Alle dingen . . . die gij wilt dat de mensen voor u doen, moet ook gij insgelijks voor hen doen” (Matth. 7:12). „Zijt niemand iets schuldig dan elkaar lief te hebben . . . liefde berokkent de naaste geen kwaad” (Rom. 13:8, 10). Maar is hetgeen de Schrift aangeeft, werkelijk praktisch in een oneerlijke wereld?
Wel, vraag uzelf eens af: Heeft minachting voor bijbelse raad werkelijk veel goeds voortgebracht? Het antwoord is maar al te duidelijk. Fraude, corruptie, misdaad en geweld maken het leven voor miljoenen met de dag ondraaglijker. Op veel plaatsen moeten de mensen constant op hun hoede zijn om niet bedrogen te worden. Grote winkels hebben hun prijzen moeten verhogen om zich schadeloos te stellen voor diefstal door klanten en employés, of de extra kosten van een verscherpte bewaking. Oneerlijkheid in de vorm van slordig werk en het gebruik van inferieure materialen kan ernstige verwondingen en zelfs dodelijke ongelukken met zich brengen. En de mentale en emotionele schade die het gevolg is wanneer men de rechten van anderen vertreedt, is onberekenbaar groot.
Iemand mag dan misschien menen dat hij alleen om zijn eigen belangen moet denken, wil hij in deze wereld vooruit komen, het negeren van de rechten van anderen zal stellig niet tot betere betrekkingen met zijn medemensen leiden. De onaangenaamheden die voortvloeien uit het veronachtzamen van juiste beginselen, zullen er enkel door toenemen.
Een persoon daarentegen die oprechte belangstelling voor het welzijn van zijn naaste heeft, wordt daar rijkelijk voor beloond. Hoe?
Voordelen voor onszelf
Een van de grote voordelen van het vasthouden aan juiste beginselen, is persoonlijke tevredenheid en voldoening. Dat is in overeenstemming met de woorden van Jezus Christus: „Het is gelukkiger te geven dan te ontvangen.” — Hand. 20:35.
Ongetwijfeld hebt u de uitwerking van dit beginsel zelf waargenomen. Tot de gelukkigste mensen behoren stellig degenen die zich werkelijk om hun medemens bekommeren. Zij zijn blij wanneer ze behulpzaam of inschikkelijk kunnen zijn. Tevreden met wat zij hebben, streven ze niet hebzuchtig naar meer en maken zich ook niet overmatig bezorgd over financiële aangelegenheden. De vrekkige, hebzuchtige persoon daarentegen is nooit tevreden met wat hij heeft. Wanneer hij geeft doet hij dat mokkend, onder dwang of met een lage bijbedoeling, om misschien een bepaalde gunst of een bepaald geschenk van de ander los te krijgen. Hij mist de vreugde die het schenkt anderen gelukkig te maken door hen onzelfzuchtig met zijn tijd, energie of bezittingen te dienen.
De persoon die anderen net zo behandelt als hij zelf behandeld wenst te worden, verwerft het respect en de bewondering van zijn medemensen. Zijn wijze van handelen doet een beroep op hun geweten — het innerlijke besef van wat juist en verkeerd is en dat eigen is aan het mensengeslacht. Wordt bovendien de eerlijke, betrouwbare werker niet meer gewaardeerd dan de oneerlijke, onbetrouwbare en luie? Geven zelfs personen die er geen principes op na houden, niet de voorkeur aan mensen op wier woord zij aankunnen?
Beginselvaste mannen en vrouwen handhaven bovendien hun eigen zelfrespect. Zij worden niet geplaagd door een schuldig geweten. Hun leven is vrij van de vrees als wetteloze burgers aan de kaak te worden gesteld. Zij genieten vrede des geestes omdat zij weten dat hun gedrag boven elke verdenking staat.
Een goedgekeurde verhouding tot de Schepper
Het allerbelangrijkste is echter dat degenen die niet overhellen tot een zelfzuchtige houding, een reine positie voor hun Schepper, Jehovah God, bewaren. Bij hun streven een juist gedrag aan de dag te leggen en voor anderen het goede te doen, gehoorzamen zij de vermaning van Jezus Christus: „Maakt u beurzen die niet verslijten, een onuitputtelijke schat in de hemelen, waar geen dief bij komt en geen mot verteert.” — Luk. 12:33.
Door onzelfzuchtig te geven, bouwt de dienstknecht van God een voortreffelijk bericht bij de Allerhoogste op. Dat bericht is als een schat in de hemel. Noch mot, noch roest, noch iets anders kan dat bericht vernietigen. Het is een werkelijke schat, aangezien Jehovah personen zal belonen overeenkomstig het bericht dat zij bij hem hebben opgebouwd. Over degenen bijvoorbeeld die met juiste beweegredenen schenkingen doen, zonder dat zij daardoor de aandacht op zichzelf willen vestigen, zei Jezus Christus: „Uw Vader, die in het verborgene toeziet, [zal] het u vergelden.” — Matth. 6:4.
Bovendien hebben Gods goedgekeurde dienstknechten het vooruitzicht het allergrootste geschenk te ontvangen. Wat? Eeuwig leven in een rechtvaardige nieuwe ordening, waar de problemen die thans worden veroorzaakt door mensen die er een dubbele moraal op na houden, tot het verleden zullen behoren. De bijbel vertelt ons: „De gave die God schenkt, is eeuwig leven door Jezus Christus, onze Heer” (Rom. 6:23). En: „Er zijn nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, die wij overeenkomstig zijn belofte verwachten, en daarin zal rechtvaardigheid wonen.” — 2 Petr. 3:13.
Onze medemensen behandelen zoals wij zelf graag behandeld zouden willen worden, is stellig praktisch. U voorkomt dat u anderen onnodig kwetst, en u spreekt bovendien hun geweten aan. U behoudt geluk, tevredenheid en zelfrespect. Bovenal echter draagt het vasthouden aan juiste beginselen bij tot een goede verhouding met Jehovah God — een verhouding die tot in alle eeuwigheid kan blijven voortbestaan.