Gilead — Veertig jaar oud en nog in opperbeste conditie!
VIJF JAAR. Meer leek er in het begin niet in te zitten voor de Gileadschool. De financiële middelen waren beperkt, en de president van de school vroeg zich af of er zelfs wel genoeg bereidwillige studenten gevonden zouden kunnen worden om de klassen te vullen. Thans mogen 6000 studenten zich afgestudeerden van Gilead noemen. Maar wat voor soort school is Gilead? En waaraan dankt ze haar succes?
De Gileadschool zag het levenslicht te midden van het tumult van een tweede wereldoorlog. Jehovah’s Getuigen waren overal ter wereld het doelwit van hevige vervolging. In een aantal landen werden de bijkantoren van het Wachttorengenootschap gesloten. De toenmalige president van het Wachttorengenootschap, J. F. Rutherford, vreesde daarom dat ook het hoofdbureau van het Genootschap in Brooklyn gesloten zou worden. Derhalve trof hij er in 1941 regelingen voor dat er op het grondgebied van een boerderij in het noorden van de staat New York een groot stenen gebouw zou worden opgetrokken om de medewerkers van het hoofdbureau te kunnen huisvesten in geval zich een dergelijke noodsituatie zou voordoen. Rutherford noemde het gebouw Gilead (wat „getuigenishoop” betekent), naar de naam van een bijbelse plaats die in Genesis 31:48, 49 wordt genoemd. Deze naam, die boven de ingang van het gebouw was gegraveerd, zou profetisch blijken te zijn.
John Booth woonde in Gilead, en hij herinnert zich: „Slechts drie van ons werden daar in september 1941 gehuisvest. En ik kreeg een kamer waarin ik de volgende 28 jaar zou wonen . . . Maar nadat Nathan Knorr [in 1942] president was geworden, namen ook anderen die op de boerderij werkten, hun intrek in het gebouw.” Knorr had echter een verhevener doel voor het gebouw op het oog.
Jarenlang had de president van het Genootschap als de voornaamste woordvoerder voor Jehovah’s Getuigen gediend. Maar Knorr wilde dat alle Getuigen in staat zouden zijn de waarheid persoonlijk tot anderen te spreken. Dus trof hij in het kader van een kolossaal onderwijsprogramma regelingen voor een school die evangelisten zou opleiden en naar alle delen van de wereld zou uitzenden. Het slechts voor de helft bewoonde Gileadgebouw leende zich er uitstekend voor om zo’n school te huisvesten! Knorr besloot heel toepasselijk de naam Gilead voor de school zelf aan te houden. Als resultaat zou zich immers een wereldomvattend getuigenis ophopen.
In december 1942 werden er vertrouwelijke vragenlijsten gezonden naar de volle-tijdbedienaren die aan de basisvereisten voor inschrijving voldeden. Honderd werden er uitgekozen voor de eerste klas — en zij kregen slechts een paar dagen om te komen! Dus gingen zij vanuit alle hoeken van de Verenigde Staten op weg, met de auto, per trein en met de bus, en elk van hen was aanwezig toen op 1 februari 1943 de lessen begonnen.
De school was een klinkend succes! Op Gilead opgeleide zendelingen hielpen het christendom stevig te bevestigen in delen van de wereld die voorheen onaangeroerd waren door de bijbelse boodschap. Edelmoedige bijdragen maakten het niet alleen mogelijk de school langer dan vijf jaar te laten bestaan, maar openden ook de mogelijkheid studenten vanuit de hele wereld uit te nodigen. Tot dusver hebben studenten uit meer dan 50 landen Gilead doorlopen en hebben zij toewijzingen voor meer dan 100 landen ontvangen.
De school thans
Ten einde een nauwer contact met de medewerkers op het hoofdbureau van het Genootschap mogelijk te maken werd de school in 1961 naar Brooklyn verplaatst. Het belangrijkste leerboek van de school is de bijbel. Door middel van samenvattingen en klassebesprekingen wordt de hele bijbel, hoofdstuk na hoofdstuk, door de leerlingen geanalyseerd. In andere lessen worden fundamentele bijbelse leerstellingen en bijbelse geschiedenis onderwezen. De leerlingen krijgen ook de gelegenheid hun onderwijsbekwaamheden te vergroten door aan het predikingswerk deel te nemen.
Degenen die deze vijfmaandse cursus voltooien, gaan dat wat zij hebben geleerd, inzetten voor een zeer speciaal doel. Op de graduatie van de eerste klas verklaarde Nathan Knorr: „Jullie belangrijkste werk is het evangelie van het Koninkrijk van huis tot huis te prediken zoals Jezus en de apostelen deden.” De 38 studenten van de onlangs afgestudeerde 74ste klas maken plannen om dit in 16 landen te gaan doen! Juist zoals Jezus voorzei, wordt het goede nieuws verbreid „tot de verst verwijderde streek der aarde”. — Hand. 1:8.
Wat heeft deze zendelingen ertoe gebracht deze levensweg te kiezen? Een student uit Azië herinnert zich een zendeling uit de achtste klas. Hij „was bereid de zwermen muskieten en de drukkende vochtigheid te trotseren . . . Nog indrukwekkender echter was het feit dat hij zowel in het Chinees als in het Maleis aanbiedingen kon doen, hoewel hij zelf uit Engeland kwam. . . . Zijn kalmte en vertrouwen inspireerden mij om ook een zendeling te willen worden wanneer ik volwassen zou zijn”.
Felix Okpalefe vertelt iets dergelijks; hij was geholpen door Peter Obarah, een afgestudeerde van de 38ste Gileadklas. Toentertijd werd Felix als volle-tijdbedienaar aan een deel van Nigeria toegewezen waar de levensomstandigheden ronduit slecht waren. Om die reden zei hij tegen Peter: „Als ik in deze plaats blijf, ga ik dood!” De zendeling drong er echter krachtig bij Felix op aan daar te blijven, wat hij deed. Niet alleen overleefde Felix het, maar ook werd hij aangemoedigd om naar een zelfs nog moeilijker dienst te streven — de zendingsdienst!
Maar zal ook deze klas van Gilead in het zendingsveld succesvol zijn? Eén aanwijzing dat zij inderdaad succes zullen hebben, is hun positieve reactie op het onderwijs dat zij hebben genoten. Een student zei hierover: „Het was een geweldig voorrecht deze opleiding op Gilead te kunnen ontvangen. . . . Het heeft ons dichter tot Jehovah getrokken.” En een ander zei: „Het is de gelukkigste tijd in ons leven geweest.” En weer een ander: „We hebben hier Jehovah’s geest ingezogen en zijn opgebouwd en versterkt. En hoewel we de mensen in het begin alleen maar fundamentele waarheden zullen onderwijzen, beseffen wij nu de waarde van diepgaande persoonlijke studie die ons in onze toewijzingen kracht zal geven.”
Al is ze dan 40 jaar oud, en al heeft ze dan zo’n nederig begin gehad, toch blijft de Gileadschool succes oogsten op een wijze die de menselijke verwachtingen verre te boven gaat. En dit kan alleen maar worden toegeschreven aan de zegen van Jehovah. De studenten van de 74ste klas kunnen zeker zijn van zijn steun, aan welke plaats zij ook zijn toegewezen. Natuurlijk zullen zij alles doen wat in hun vermogen ligt om hun toewijzing tot een succes te maken. Uiteindelijk hebben zij een schitterend veertigjarig bericht van vroegere afgestudeerden om na te volgen.
[Illustratie op blz. 26]
Wachttoren-Bijbelschool Gilead — 74ste klas — maart 1983
In onderstaande lijst zijn de rijen genummerd van voren naar achteren, en de namen in elke rij verwijzen naar de studenten in volgorde van links naar rechts.
(1) P. Bailey; F. Guerreiro; R. Blankenship; C. Mumma; J. Larson; C. Agnew. (2) A. Briggs; F. Okpalefe; C. Anderson; M. Woolston; B. Jorge; L. Ascençao. (3) S. Underwood; B. Ward; L. Blankenship; G. Frisbee; F. Jorge; G. Petruzzi; M. Petit. (4) B. Ward; R. Ascençao; J. Mumma jr; R. Woolston jr; P. Blythe; M. Ashoff; R. Guerreiro; G. Nwogwugwu. (5) B. Frisbee; D. Ashoff; G. Anderson; K. Donna; A. Blythe; D. Underwood; A. Weller; C. Petit; J. Crespo.