De zienswijze van de bijbel
Moet u het boze oog vrezen?
EEN vrouw in een dorpje in het Amazonegebied legt haar baby behoedzaam in een hangmat. Na zorgvuldig een rood koordje om het kleine polsje geknoopt te hebben, bindt zij nog een koordje rond het middeltje. Als dit ritueel voltooid is, doet zij een stap terug en zegt met een zucht van verlichting: „Zo, nu is baby beschermd tegen het boze oog.”
De vrees voor het boze oog is niet beperkt tot bepaalde stammen in Zuid-Amerika. Ook advocaten in Italië, boeren in India en zakenlieden in Noord-Amerika huiveren voor het boze oog.
Wat is het boze oog? Het is het geloof dat sommige mensen de macht hebben u kwaad te berokkenen en zelfs te doden door alleen maar naar u te kijken. Zij gebruiken deze kwade blik bijvoorbeeld als uw welvaart hun jaloezie heeft gewekt. Bovendien gelooft men dat menigeen die het goed bedoelt het boze oog heeft en dat zijn blik anderen onopzettelijk nadeel kan berokkenen.
Deelt u deze angst? En als dat zo is, is deze angst dan een hulp voor u of is ze schadelijk?
Feit of verzinsel?
De meeste naslagwerken over het onderwerp beschrijven angst voor het boze oog als bijgeloof. Daar bijgeloof wordt gedefinieerd als geloof dat „noch op de rede noch op feiten gebaseerd” is, denken sommige mensen dat angst voor het boze oog niets anders is dan een produkt van zwakke geesten.
Toegegeven, talloze verhalen over het boze oog zijn verzinsels. De angst bijvoorbeeld dat mensen die scheelzien, die last hebben van staar of die een weerbarstige haarlok hebben wel eens het boze oog kunnen hebben, is een verzinsel. En als u gelooft dat iedere keer dat uw baby ziek is, er een koe van u sterft of uw kippen van de leg zijn, de dodelijke blik aan het werk is, schrijft u er meer aan toe dan gerechtvaardigd is.
Maar net zoals er een stevige noot schuilgaat onder de dikke bast van een kokosnoot, gaan er ook enkele onomstotelijke feiten schuil onder de dikke laag verhalen over het boze oog. Laten wij dus eens door de verzinsels heen kappen en wat feiten blootleggen.
De oorsprong van het boze oog
De Encyclopædia of Religion and Ethics vertelt dat de Babyloniërs uit de oudheid de invloed van het boze oog vreesden. Wie wakkerden die angst aan? Babylonische tovenaars of heksen. Zij stonden erom bekend verschrikkelijk lijden over mensen te brengen doordat zij hen betoverden met een blik uit hun ogen. Deze tovenaars deden dit echter niet uit eigen kracht. Wie gaf hun dat vermogen? Geestelijke schepselen die demonen worden genoemd. Het boek The Religion of Babylonia and Assyria legt uit: „Heksen konden de demonen naar believen oproepen en iedereen die zij wilden in de macht van de demonen brengen.”
Ook de bijbel spreekt over engelen die zichzelf tot demonen hadden gemaakt als de bron van „magische kracht” (1 Samuël 15:23; 1 Timótheüs 4:1; Judas 6). Daarnaast bevestigt Gods Woord dat demonen iets van hun boosaardige macht op spiritisten en door demonen beheerste mensen overdragen (Handelingen 16:16-18; Openbaring 22:15). Het gevolg is dat zulke mensen in staat zijn ’anderen door een banspreuk te binden’, soms door middel van hun ogen (Deuteronomium 18:10-12). Het boze oog is dan ook beslist niet helemaal denkbeeldig.
Indien u in een omgeving woont waar de banspreuken van medicijnmannen of toverdokters aan de orde van de dag zijn, is het dan ook geen wonder dat u de angst voor het boze oog niet van u af hebt kunnen zetten. Maar hoe dreigend die banspreuken ook mogen zijn, u mag de angst van uw buren niet delen. Waarom niet? In de eerste plaats omdat de angst voor het boze oog u gemakkelijk in slavernij aan demonen kan brengen — iets wat de bijbel verbiedt. (Zie 1 Korinthiërs 10:20, 21.) In de tweede plaats omdat u over een vorm van bescherming kunt beschikken die de uitwerking van het boze oog verijdelt en alle redenen voor angst wegneemt. Welke bescherming is dat? Amuletten dragen?
Een bescherming die werkt
Sta voor het antwoord op die vragen eens stil bij dit voorbeeld: Wat gaat u doen als u bang bent dat een kolossale boom zal omvallen en uw huis zal verpletteren? Gaat u het dak verstevigen in de hoop dat het stand zal houden onder het geweld van de vallende boom? Of roept u de hulp in van een boomchirurg of van een houthakker die de reputatie heeft veilig bomen te vellen? Met het vellen van de boom wordt de bron van het gevaar weggenomen en daarmee uw angst.
Wat zal in overeenstemming daarmee uw angst verdrijven als een spiritist dreigt zijn boze oog tegen u te gebruiken? Gaat u proberen uzelf sterker te maken door amuletten om uw hals te hangen? Of roept u de hulp in van iemand die de reputatie heeft demonen machteloos te maken? Het laatste is natuurlijk het verstandigst, want de persoon in kwestie neemt de bron van het gevaar weg en daarmee uw angst.
Nu kan het zijn dat u zich net als de psalmist afvraagt: „Vanwaar zal mijn hulp komen?” Onder inspiratie van God antwoordt hij: „Mijn hulp komt van Jehovah, de Maker van hemel en aarde.” Omvat de hulp die de Schepper biedt ook bescherming tegen het boze oog? Ja, want de psalmist verzekert ons verder: „Jehovah zelf zal u behoeden voor alle rampspoed” (Psalm 121). Om uw vertrouwen in Jehovah’s vermogen u te beschermen te vergroten, is het goed zijn geloof inboezemende verslag over zijn bemoeienissen met de demonen te beschouwen.
’De demonen sidderen’ — Waarom?
In de dagen van Noach ontnam Jehovah ongehoorzame engelen hun begunstigde positie door hen op te sluiten ’in een gevangenis’ van geestelijke duisternis (1 Petrus 3:19; Genesis 6:1-4). Later, in de eerste eeuw, dreef Jezus in zijn hoedanigheid van Gods vertegenwoordiger machtige demonen naar believen uit (Matthéüs 8:31, 32; Markus 1:39). En in deze twintigste eeuw heeft Jezus opnieuw de hem door God geschonken macht gebruikt om Satan en zijn demonen uit de hemel te werpen (Openbaring 12:7-9). De demonen hebben dus door schade en schande moeten leren dat hun macht niets is vergeleken bij Gods macht. Toch staat Jehovah op het punt nog een bladzijde aan dit verslag toe te voegen. Spoedig zullen Satan en deze verworpen opstandelingen voor duizend jaar in een afgrond worden geworpen. — Openbaring 20:1-3.
Welke uitwerking heeft deze wetenschap op hen? De bijbel onthult: ’De demonen geloven en zij sidderen’ (Jakobus 2:19). En welke uitwerking heeft deze wetenschap op u? Bent u nog steeds bang voor die ’sidderende’ demonen en hun menselijke handlangers? Of ’vreest u alleen Jehovah’ omdat u het volste vertrouwen hebt in zijn onzichtbare bescherming tegen het boze oog? — 1 Samuël 12:24.
Werkelijk, als uw geloof u ertoe beweegt uw amuletten af te doen en uw band met Jehovah’s Getuigen in uw omgeving te versterken, zult u spoedig net als zij kunnen instemmen met de woorden van de zonen van Korach uit de oudheid. Zij verkondigden: „God is voor ons een toevlucht en sterkte, een hulp die gemakkelijk te vinden is in benauwdheden. Daarom zullen wij niet vrezen.” — Psalm 46:1, 2; vergelijk Romeinen 8:31.