Hoe lang zal goddeloosheid nog bestaan?
JEHOVAH God heeft goddeloosheid tot onze tijd toegelaten. Zal hij goddeloosheid echter eindeloos laten bestaan?
Neen, want God heeft goddeloosheid met een speciale reden toegelaten, namelijk om alle strijdpunten die door Satan werden opgeworpen, op te lossen. Hij heeft derhalve een vaste tijd bepaald waarop hij er een eind aan zal maken. De bijbelschrijver Daniël verwees hier lang geleden naar toen hij schreef: „Het einde [toeft] nog tot de bestemde tijd.” — Dan. 11:27, NW.
Bijna zesduizend jaar vanaf Adams tijd tot nu toe lijkt misschien een lange tijd wanneer deze bezien wordt vanuit het standpunt van mensen die ongeveer zeventig jaar leven. Maar aangezien God de tijdslimiet heeft bepaald, is het goed zijn zienswijze met betrekking tot de aangelegenheid te beseffen. De profeet Mozes zegt over hem, in Psalm 90:4: „Duizend jaren zijn in uw ogen als de dag van gisteren, wanneer hij voorbijgegaan is.” Een jaar is een lange tijd voor een kind van vijf, doch voor een man van zestig is het betrekkelijk kort. Zo is ook voor Jehovah, die eeuwig leeft, duizend jaren als een dag. — 2 Petr. 3:8.
Dat er gedurende deze vastgestelde tijd goddeloosheid is toegelaten, is niet onrechtvaardig jegens ons geweest. Ja, indien God alle opstandelingen in Eden onmiddellijk van het leven had afgesneden, zouden wij zelfs niet geboren zijn! Dat Jehovah zijn lankmoedigheid niet op een vroeger tijdstip heeft doen ophouden, heeft ons de gelegenheid verschaft thans, en in de toekomst voor eeuwig, te leven (2 Petr. 3:9, 15). Ook heeft God deze tijd gebruikt om door bemiddeling van Christus in loskoping te voorzien. — Gal. 4:4, 5.
Bovendien heeft God de tijd gebruikt om „vaten van barmhartigheid” uit de mensen te kiezen en te bereiden. Zij zijn degenen die de rechtvaardige regering zullen vormen over hen die in het nieuwe samenstel voor altijd op aarde zullen leven. Wat een zegeningen betekent dit hemelse koninkrijk voor de mensheid! Gedurende de tijd dat God de „vaten der barmhartigheid” heeft bereid, heeft hij veel lankmoedigheid getoond. Hij heeft de goddelozen, de „vaten der gramschap”, verdragen. Hij heeft hun vernietiging nog niet doen komen. Waarom niet? De bijbel antwoordt duidelijk: „Opdat hij de rijkdom van zijn heerlijkheid zou kunnen bekendmaken over de vaten van barmhartigheid” (Rom. 9:22-24). Gods hemelse koninkrijk zal de eer ontvangen voor het rechtvaardigen van Gods naam en het verdelgen van de goddelozen, de „vaten der gramschap”. Door goddeloosheid een tijdlang te laten bestaan, komen er tevens facetten van Gods persoonlijkheid aan het licht die men gewoonlijk niet zou zien: zijn barmhartigheid en lankmoedigheid. Deze verrijken onze waardering voor de Schepper en tevens onze eigen persoonlijkheid, wanneer wij hem navolgen. — Ef. 5:1.
Het heeft ook nog een ander werkelijk voordeel afgeworpen dat God goddeloosheid zo lang heeft toegelaten. Indien ooit in de toekomst iemand de wijze waarop God de dingen doet in twijfel zou trekken, zou het niet nog eens nodig zijn dat hij die persoon de tijd geeft om een andere manier te proberen. Het bericht van zesduizend jaar van mislukking dat is opgebouwd door Satan, zijn demonen en mensen die hebben getracht de aangelegenheden onafhankelijk van God te besturen, heeft een genoegzaam antwoord verschaft. Niemand kan rechtens beweren: ’Zij hebben de kans niet gekregen’, of zeggen: ’Als zij maar meer tijd hadden gehad.’ De toegestane tijd is voldoende geweest om te bewijzen dat de weg van opstand tegen de Schepper absoluut rampspoedig is geweest! God zal derhalve volledig gerechtvaardigd zijn wanneer hij elke opstandeling die de toekomstige vrede van het universum bedreigt, snel verplettert. — Ps. 145:20.
Er rest nog slechts een korte tijd voordat Jehovah dit goddeloze samenstel van dingen zal vernietigen. Deze resterende tijd verschaft ons de gelegenheid ons standpunt aan zijn zijde in te nemen en ’zijn hart te verheugen’ (Spr. 27:11). Indien wij ons gewillig aan zijn heerschappij onderwerpen, zal hij ons met eeuwig leven in zijn nieuwe samenstel zegenen. Wij worden voor de keus gesteld zijn heerschappij te aanvaarden of te verwerpen. — Deut. 30:19, 20.
Gehoorzaamheid aan God is niet werkelijk moeilijk. Indien wij beseffen dat Jehovah’s wijsheid veel groter is dan de onze en dat alles wat hij doet voor ons bestwil is, omdat hij een God van liefde is, zullen wij hem in alles gehoorzamen. Wàt Jehovah ook van ons verlangt, wij zullen ons altijd graag naar zijn wil schikken, of wij nu in een speciale crisisperiode leven of hem in de aangelegenheden van het dagelijkse leven gehoorzamen. Zo hebben loyale dienstknechten van God er altijd over gedacht (Dan. 3:16-18; Ps. 119:33-37). In de eerste eeuw zeiden enkelen van hen voor een hooggerechtshof: „Wij moeten God als regeerder meer gehoorzamen dan mensen.” — Hand. 5:29.
Thans gebruikt Jehovah zijn loyale dienstknechten om zijn naam en voornemens overal op aarde te verkondigen (Matth. 24:14). Wanneer dat tot zijn voldoening is gedaan, zal hij Satan zijn almacht tonen door hem en alle andere opstandelingen te verpletteren en een einde te maken aan dit goddeloze samenstel. Aldus zal Jehovah het universum van goddeloosheid zuiveren en de weg banen voor zijn rechtvaardige nieuwe samenstel. — 2 Petr. 3:13.