Waardering tot uitdrukking brengen door het zingen van liederen
WAT hebben christenen een redenen om door middel van dankzegging en lof aan hun God Jehovah, van hun waardering blijk te geven! Waarlijk, „hij laat het groene gras ontspruiten voor de dieren, en de plantengroei ten dienste van de mensheid, om voedsel uit de aarde te doen voortkomen, en wijn, die het hart van de sterfelijke mens verheugt, . . . en brood, dat zelfs het hart van de sterfelijke mens verkwikt”. — Ps. 104:14, 15.
Niet alleen heeft God bijzonder goed in de materiële behoeften van de mens voorzien (dat velen het zonder de dingen moeten stellen die zij nodig hebben, is niet Zijn schuld), maar hij heeft er ook voor gezorgd dat het verstand en de „geest” van de mens worden gesterkt. Jezus zei dan ook: „Niet van brood alleen leeft de mens, maar van alles wat uit de mond van God voortkomt” (Matth. 4:4, Sint-Willibrordvertaling). Ja, God heeft ons zijn Woord gegeven en hij heeft ook hulpmiddelen verschaft waardoor wij worden geholpen het te begrijpen, terwijl wij bovendien het voorrecht hebben ontvangen hem in gebed te naderen. — Ps. 65:2.
Wegens alle zegeningen die wij uit Gods hand genieten, zowel in stoffelijk als in „geestelijk” opzicht, zijn wij hem stellig lof en dank verschuldigd. Zeer terecht staat zijn Woord dan ook vol met geboden voor ons dat wij dit moeten doen, hetgeen wel zeer treffend wordt geïllustreerd in Psalm 136:1-26, waarin wij er zesentwintig keer aan worden herinnerd dat „zijn liefderijke goedheid tot onbepaalde tijd” duurt. Wij kunnen onze waardering op verschillende manieren tot uitdrukking brengen: door middel van gebed, door een goed gedrag aan de dag te leggen, door te prediken en door Gods Woord te onderwijzen. En ongetwijfeld is een van de schitterendste manieren waarop wij onze waardering tot uitdrukking kunnen brengen, door op gemeentevergaderingen te zingen.
Hebben wij waardering voor dit voorrecht? Niet allen kunnen zich in dit voorrecht verheugen. Veel christenen komen voor hun verenigde aanbidding ondergronds, dat wil zeggen, in het geheim, bijeen en kunnen daarom niet luid liederen tot lof van Jehovah zingen, aangezien zij daardoor hun schuilplaats zouden verraden. „Caesar” zegt: ’Kom niet op vergaderingen bijeen’, maar God zegt: ’Laat het onderling vergaderen niet na’ (Hebr. 10:25). En aangezien ware christenen ’God als regeerder meer gehoorzamen dan mensen’, komen zij in het geheim bijeen (Hand. 5:29). Dit is meer dan dertig jaar lang het geval geweest met de Getuigen in Spanje. Toen zij uiteindelijk openlijk mochten vergaderen, hielden zij een groot congres. Na het zingen van het eerste lied, brak er een luid applaus uit. Waarom? Omdat zij blij waren op hun vergaderingen weer te kunnen zingen!
Ook de vele duizenden Getuigen die uit Malawi waren gevlucht en kampen in Moçambique opzetten, gaven van zulk een grote waardering blijk. Tot de dingen die hun veel vreugde verschaften, behoorde het feit dat zij weer op hun bijeenkomsten konden zingen, iets wat zij sinds 1967, toen zij door Dr. Banda gedwongen werden ondergronds te vergaderen, niet hadden kunnen doen.
De bijbel vertelt ons dat Gods dienstknechten in de oudheid hun waardering voor Jehovah God en zijn reddingsdaden door middel van liederen tot uitdrukking brachten. Ons wordt speciaal gezegd dat zij dit bij bijzondere gelegenheden deden, vanaf de tijd dat zij bij de Rode Zee van Farao’s legers werden bevrijd tot de inwijding van de muren van Jeruzalem in de dagen van Nehemía. Ook werd er in de tempel veel aanbidding beoefend waarbij het gebruik van muziek was betrokken, waarover de musicoloog Kurt Sachs schrijft: „De koren en orkesten die aan de Tempel in Jeruzalem verbonden waren, suggereren een hoge maatstaf op het gebied van muzikaal onderwijs en muzikale vaardigheid en kennis.”
Het is dan ook heel passend dat Gods Woord ons herhaaldelijk zegt dat wij onze waardering tot uitdrukking moeten brengen door lofliederen te zingen tot eer van God. Er schijnt een neiging te bestaan hier laks in te zijn, want de aansporingen worden vaak bij herhaling vermeld, zoals in Psalm 47:6, 7: „Bezingt God met melodieën, speelt melodieën. Bezingt onze Koning met melodieën, speelt melodieën. Want God is Koning over de gehele aarde; speelt melodieën.” De psalmist maant ons er vijf keer toe aan melodieën te spelen. — Zie ook Psalm 96:1, 2.
Wanneer de apostel Paulus christenen ertoe aanspoort God door middel van lofliederen te eren, volgt hij een overeenkomstig patroon, zoals in Kolossenzen 3:16: „Blijft elkaar onderwijzen en vermanen met [1] psalmen, [2] lofzangen voor God, [3] geestelijke liederen met minzaamheid, [4] in uw hart Jehovah toezingend.” — Zie ook Efeziërs 5:19.
Het zingen in gemeenteverband vormt een onderdeel van onze officiële aanbidding. Het wordt tot Jehovah gericht, en daarom kunnen wij het geloof hebben dat Jehovah er notitie van neemt, evenals hij dit doet in verband met onze gebeden en zoals hij dit in het verleden heeft gedaan (2 Kron. 5:13, 14). Dienen wij, evenals wij ons geheel verenigen met de woorden van een gebed dat hardop in onze Koninkrijkszalen wordt uitgesproken, ook niet met ons gehele hart, ’met al wat in ons is’, deel te nemen aan het zingen van onze Koninkrijksliederen? — Ps. 103:1, 2.
Beschouw ook eens de woorden van onze liederen. Dienen wij geen waardering te tonen voor de schitterende gevoelens die erin worden vertolkt? Ze zijn alle uit de bijbel of bijbelse publikaties genomen. Zou het passend zijn deze liederen op een halfslachtige en oppervlakkige manier te zingen? Toch wordt dat soms wel gedaan.
Het vergt inspanning om uit volle borst te zingen. Misschien zijn wij wel een beetje moe en zijn wij daarom geneigd de weg van de minste weerstand te volgen door zonder animo te zingen. Maar als wij er moeite voor doen uit volle borst te zingen, zullen wij bemerken dat wij ons beter zullen voelen, terwijl wij terzelfder tijd van het zingen genieten. Het is namelijk een feit dat muziek vele voordelen heeft en ertoe bijdraagt zowel geest en lichaam als de emoties te herstellen. Vooral degenen die een goede stem bezitten dienen ervoor te zorgen dat zij uit volle borst zingen, aangezien anderen dit dan waarschijnlijk ook zullen doen. En allen dienen vanzelfsprekend zorgvuldig naar de muzikale begeleiding te luisteren, of deze nu door een grammofoonplaat of door een pianist wordt verschaft, opdat het lied zo mooi mogelijk zal klinken.
Jehovah’s dienstknechten hebben wegens hun gedrag een goede naam verworven. Zij hebben ook een goede reputatie opgebouwd met betrekking tot hun bijbelkennis en ijver in de prediking van het goede nieuws van Gods koninkrijk en het maken van discipelen van mensen uit alle natiën (Matth. 28:19, 20). Dienen zij ook niet uit te blinken in het zingen van Koninkrijksliederen in hun Koninkrijkszalen, evenals het muzikale onderdeel van de aanbidding van Jehovah’s dienstknechten in de oudheid uitmuntend was? Heel veel mensen hebben zich tot Jehovah’s aanbidding aangetrokken gevoeld door het oprechte en vriendelijke welkom dat hun werd bereid als zij in een van deze zalen kwamen. En de prediking en het onderwijs door middel van lezingen, demonstraties, enzovoort, zijn stellig van een hoog gehalte. — 1 Kor. 14:24, 25.
Dat zij ook door het zingen van liederen mensen tot een kennis van Jehovah God kunnen leiden, blijkt uit de ervaring van een vrouw die tijdens het in 1973 gehouden „Goddelijke zegepraal”-congres in het Yankee Stadion, in de stad New York, werd gedoopt. Zij was de eerste keer dat zij in een plaatselijke Koninkrijkszaal kwam, helemaal uit zichzelf gekomen en bleef toen voor beide vergaderingen. Toen de gemeente Lied No. 119, „Houd uw oog gericht op de prijs!”, zong, was zij zo onder de indruk van zowel de woorden als de manier waarop het lied werd gezongen, dat zij besloot dat zij hier wilde zijn. Naderhand stapte zij op een van de Getuigen af en vroeg om een bijbelstudie, waarmee zij doorging totdat zij een christelijke getuige van Jehovah werd.
Laten alle opgedragen christelijke getuigen van Jehovah dus het besluit nemen hun steentje ertoe bij te dragen dat het zingen in de Koninkrijkszaal een uiting zal zijn van hun waardering voor Jehovah’s wonderbare hoedanigheden en alles wat hij in stoffelijk en geestelijk opzicht voor hen heeft gedaan. Laten wij ’met al wat in ons is’ ’Jehovah met melodieën bezingen’!