Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w77 1/12 blz. 729-733
  • De tekst van de christelijke Geschriften — Hoe nauwkeurig?

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • De tekst van de christelijke Geschriften — Hoe nauwkeurig?
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1977
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • EEN OPMERKELIJKE TEGENSTELLING
  • VERSCHILLENDE TEKSTEN — WAAROM?
  • GEDRUKTE UITGAVEN VAN DE GRIEKSE TEKST
  • „NAUWELIJKS MEER DAN EEN DUIZENDSTE GEDEELTE”
  • Studie nummer 6 — De christelijke Griekse tekst van de Heilige Schrift
    „De gehele Schrift is door God geïnspireerd en nuttig”
  • Handschriften van de bijbel
    Inzicht in de Schrift, Deel 1
  • Griekse Geschriften
    Inzicht in de Schrift, Deel 1
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1977
w77 1/12 blz. 729-733

De tekst van de christelijke Geschriften — Hoe nauwkeurig?

AANGEZIEN u in staat bent dit tijdschrift te lezen, bezit u waarschijnlijk een exemplaar van de christelijke Geschriften, gewoonlijk het „Nieuwe Testament” genoemd. De zevenentwintig boeken die dit gedeelte van de bijbel omvatten, werden ongeveer 1879 jaar geleden voltooid. Kunt u er zeker van zijn dat uw exemplaar nauwkeurig weergeeft wat de oorspronkelijke bijbelschrijvers hebben gezegd?

Dat mag sommigen misschien twijfelachtig toeschijnen. Zij redeneren misschien dat in de tijdsduur van bijna twee millennia waarin deze geschriften zijn doorgegeven, de oorspronkelijke bijbeltekst verloren is gegaan.

De feiten tonen echter precies het tegendeel aan. Een bekende autoriteit op het gebied van de tekst van de bijbel, Frederic G. Kenyon, verklaart: „Er kan niet krachtig genoeg gezegd worden dat de tekst van de bijbel in hoofdzaak zeker is: Dit is vooral het geval met het Nieuwe Testament.”

Hoe kunnen geleerden er zeker van zijn dat de christelijke Geschriften die wij thans hebben, in hoofdzaak zo zijn als ze werden geschreven? Omdat men vele duizenden met de hand geschreven afschriften van deze bijbelboeken onderzocht heeft. Deze met de hand geschreven afschriften, bekend als handschriften of „manuscripten” (van het Latijnse manu scriptus, „met de hand geschreven”), geven het bewijs dat de tekst van de christelijke Geschriften verbazingwekkend nauwkeurig is.

EEN OPMERKELIJKE TEGENSTELLING

Het is ongewoon dat een oud document door een groot aantal handschriften ondersteund wordt. Van de werken van de Romeinse schrijver Plinius de Jongere (61-113 G.T.) bijvoorbeeld bestaan nog slechts zeven afschriften. Het oudste daarvan dateert uit 850 G.T., meer dan zeven eeuwen nadat deze werken werden geschreven. Zo zijn er van het geschiedwerk van de hand van de Griekse schrijver Heródotus nog slechts acht afschriften bewaard gebleven, waarvan het oudste 1300 jaar jonger is dan de tijd waarin dit geschiedwerk werd geschreven.

Maar wat valt er over de christelijke Geschriften te zeggen? In opmerkelijke tegenstelling tot bovengenoemde werken, bestaan er volgens onlangs gepubliceerde cijfers thans in totaal 5269 handschriften van dit gedeelte van de bijbel in het oorspronkelijke Grieks. Vondsten van handschriften van vroege vertalingen van deze geschriften in het Syrisch, Latijn, Koptisch, Gotisch en andere talen vermeerderen het bewijs bovendien met nog eens 10.000 of meer exemplaren. Geen enkel ander document in de hele menselijke geschiedenis is op zulk een grote schaal afgeschreven en vertaald. Dit kan dan ook alleen maar verwacht worden van geschriften die werkelijk „door God geïnspireerd” zijn. — 2 Tim. 3:16.

Een opmerkelijk kenmerk van deze handschriften in de oorspronkelijke taal is, dat ze uit een tijd dateren die dicht bij de tijd ligt waarin de bijbel werd geschreven. Papyrusfragmenten van gedeelten van de christelijke Geschriften in het Grieks zijn uit het begin van de tweede eeuw (de jaren honderd) G.T. en mogelijk uit het eind van de eerste eeuw gedateerd.

VERSCHILLENDE TEKSTEN — WAAROM?

Het is te verwachten dat de vele duizenden, in de loop der eeuwen vervaardigde afschriften in bepaalde opzichten van elkaar zouden verschillen. Hiervoor zijn vele redenen.

De oudere Griekse handschriften van de bijbel werden bijvoorbeeld in een schrijfstijl geschreven die bekend is als „majuskels” of „uncialen”. Laatstgenoemde uitdrukking komt van een Latijns woord dat „een twaalfde deel” betekent en heeft misschien betrekking op grote letters die oorspronkelijk een twaalfde deel van een regel besloegen. Majuskel-handschriften bestaan uit enkel hoofdletters met nagenoeg geen ruimte tussen de woorden.

Bijbelgeleerden hebben een probleem geïllustreerd dat door dit soort van schrift zou kunnen rijzen, door de uitdrukking „GODISNOWHERE”. Dit zou kunnen betekenen „GOD IS NOWHERE” (God is nergens), of „GOD IS NOW HERE” (God is nu hier). Wanneer een dergelijk probleem zich in de christelijke Geschriften voordoet, is het verschil in betekenis echter nooit zo ernstig.

Ter illustratie: Volgens het boek Encountering New Testament Manuscripts bieden verschillende zienswijzen ten aanzien van woordscheiding en interpunctie van de oorspronkelijke Griekse tekst de twee volgende belangrijkste mogelijkheden voor de vertaling van Johannes 1:3, 4:

a. „Alle dingen zijn door bemiddeling van Hem ontstaan; en afgescheiden van Hem is niets tot bestaan gekomen dat tot bestaan is gekomen. In Hem was leven; en het leven was het licht der mensen.”

b. „Alle dingen zijn door bemiddeling van Hem ontstaan; en afgescheiden van Hem is niets tot bestaan gekomen. Wat tot bestaan is gekomen, was leven in Hem; en het leven was het licht der mensen.”

Het is duidelijk dat de algemene betekenis van deze bijbelpassage in beide gevallen hetzelfde is.

Nog een reden waarom oude Griekse bijbelhandschriften nu en dan in details verschillen, is dat bepaalde Griekse hoofdletters op elkaar lijken. Zo kunnen er in twee handschriften of twee groepen van handschriften op bepaalde plaatsen woorden staan die er hetzelfde uitzien maar toch van elkaar verschillen. Ook werd er soms afgeschreven aan de hand van dictaat. Bepaalde handschriften wijzen erop dat afschrijvers in op zichzelf staande gevallen woorden verwarden die hetzelfde klonken (zoals de Nederlandse woorden „zij” en „zei”).

Als verdere oorzaken voor tekst verschillen in bijbelhandschriften merkt The Zondervan Pictorial Encyclopedia of the Bible op: „Het oog van een afschrijver zou van de eerste naar de tweede maal dat hetzelfde woord voorkomt, kunnen gaan, waardoor de tussenliggende woorden worden weggelaten; hij zou hetzelfde woord of dezelfde zin tweemaal kunnen lezen; of hij zou een woord kunnen verwarren met een woord dat er net zo uitziet. . . .”

Op deze wijze begonnen reeds vroeg in de Gewone Tijdrekening handschriften die in verschillende streken afgeschreven werden, van elkaar te verschillen. Naarmate deze documenten werden afgeschreven en weer afgeschreven, ontstonden er families van handschriften met dezelfde fundamentele kenmerken. Daarom spreken geleerden thans over de Alexandrijnse tekst, de Westerse tekst, de Caesareaanse tekst en de Byzantijnse tekst.

Het is interessant dat de meeste handschriften „gemengde” of „samengesmolten” teksten hebben. Waarom? Eén reden is dat afschrijvers dikwijls een gedeelte (bijvoorbeeld de Evangeliën) van het ene handschrift, en een ander gedeelte (bijvoorbeeld de brieven van de apostel Paulus) van een ander handschrift afschreven. Ook kwam het voor dat afschrijvers, na voltooiing van een nieuw afschrift, correcties aanbrachten aan de hand van een ander handschrift dan dat waarvan ze hadden afgeschreven.

GEDRUKTE UITGAVEN VAN DE GRIEKSE TEKST

In het jaar 1514 verschenen de complete christelijke Geschriften in het Grieks voor het eerst in druk. Dit was in deel vijf van het werk dat bekendstaat als de „Complutenzer Polyglot”. De publikatie van deze uitgave van de christelijke Geschriften in het Grieks werd echter vertraagd en kwam pas in 1522 op de markt. Het is niet bekend welke handschriften als de basis voor deze gedrukte Griekse tekst hebben gediend.

In 1516 vervaardigde de Nederlandse geleerde Desiderius Erasmus een gedrukte uitgave van de christelijke Geschriften in het Grieks. Hoewel Erasmus’ tekst twee jaar later werd gedrukt dan de bovengenoemde Polyglottenbijbel, kwam zijn tekst toch als eerste op de markt. Omdat hij klein van omvang en laag in prijs was, verwierf hij een grote populariteit. In de achttiende eeuw kwam Erasmus’ tekst bekend te staan als de „textus receptus” (aanvaarde tekst). Alle belangrijke protestantse vertalingen van de christelijke Geschriften in Europa van vóór 1881, met inbegrip van de vermaarde Authorized Version of King James-​vertaling, waren op deze Griekse tekst gebaseerd.

Erasmus stelde zijn Griekse tekst echter samen aan de hand van hoogstens slechts zes handschriften, waarvan er geen ouder was dan de tiende eeuw G.T. Voor het grootste deel liet hij zijn drukker van twee handschriften uit ongeveer de twaalfde eeuw kopiëren. Daardoor is op het gebied van handschriften de autoriteit voor de aanvaarde tekst gering, terwijl de gebruikte handschriften bovendien vele eeuwen verwijderd zijn van de tijd waarin deze geïnspireerde bijbelboeken werden geschreven.

Met de ontdekking van talloze handschriften van grotere ouderdom begonnen geleerden de aanvaarde tekst met een systeem van voetnoten te drukken om te laten zien waar en hoe deze oudere, met de hand geschreven afschriften afweken van de aanvaarde tekst. In moderne tijden zijn er vele uitgaven van de christelijke Geschriften in het Grieks verschenen die opvallend verschillen van de gedrukte tekst die oorspronkelijk door Erasmus werd uitgegeven.

De reden hiervoor is eenvoudig. Terwijl Erasmus slechts over enkele handschriften beschikte om mee te werken, beschikken geleerden er thans over duizenden. Deskundigen kunnen vaak de geschiedenis van verschillende versies nagaan en nauwkeurig vaststellen wat de geïnspireerde schrijver van een bijbelboek naar alle waarschijnlijkheid heeft geschreven. Het resultaat van de onverdroten arbeid van tekstgeleerden is dat er thans uitgaven van de gedrukte Griekse tekst bestaan die nauwkeuriger dan de aanvaarde tekst weergeven wat de christelijke bijbelschrijvers in werkelijkheid optekenden.

„NAUWELIJKS MEER DAN EEN DUIZENDSTE GEDEELTE”

In hoeverre wijken handschriften van de christelijke Geschriften van elkaar af? Het aantal afwijkingen, „tekstvarianten” genoemd, in Griekse handschriften en oude vertalingen is naar schatting meer dan 200.000. Wil dit zeggen dat de tekst van de christelijke Geschriften volkomen onduidelijk is geworden? In werkelijkheid is het cijfer zeer misleidend. Hoe dat zo?

In A General Introduction to the Bible wijzen Norman L. Geisler en William E. Nix op het volgende: „Het is dubbelzinnig te zeggen dat er zo’n 200.000 varianten in de bestaande handschriften van het Nieuwe Testament zijn, aangezien deze slechts 10.000 plaatsen in het Nieuwe Testament vertegenwoordigen. Als één enkel woord in 3000 verschillende handschriften verkeerd is gespeld, wordt dit als 3000 varianten of versies gerekend.”

Bovendien zijn de meeste tekstvarianten louter werktuiglijk en hebben ze te maken met dingen zoals spelling (te vergelijken met het verschil tussen „graag” en „gaarne”) en woordvolgorde. Een geleerde stelde dat van de 150.000 varianten er slechts 400 twijfel konden doen rijzen over de betekenis. Hiervan waren er slechts 50 werkelijk van betekenis. Zo schrijft ook Fenton John Anthony Hort, een wereldvermaard geleerde op het gebied van de Griekse tekst van de christelijke Geschriften:

„De woordverhouding [in de gehele Griekse tekst van de christelijke Geschriften] die nagenoeg door iedereen als boven twijfel verheven wordt aanvaard, is zeer groot, ruw geschat niet minder dan zeven achtste van het geheel. Het resterende achtste deel dat grotendeels uit veranderingen in volgorde en andere betrekkelijke onbeduidendheden bestaat, vormt het hele terrein van kritiek. . . . de hoeveelheid van wat in enig opzicht belangrijk afwijkend genoemd kan worden . . . kan nauwelijks meer dan een duizendste gedeelte van de gehele tekst zijn.”

Welke versie van de christelijke Geschriften u ook bezit, er is geen reden eraan te twijfelen dat de Griekse tekst waarop ze gebaseerd is, nauwkeurig weergeeft wat de geïnspireerde auteurs van deze bijbelboeken oorspronkelijk hebben geschreven. Hoewel wij thans bijna 2000 jaar verwijderd zijn van de tijd waarin de christelijke Geschriften oorspronkelijk werden geschreven, is de Griekse tekst van deze Geschriften een wonder van nauwkeurige weergave.

[Illustratie op blz. 730]

Een gedeelte van het Vaticaanse handschrift No. 1209 (vierde eeuw G.T.). Het bestaat uit enkele hoofdletters en heeft nagenoeg geen spatiëring tussen de woorden

[Illustratie op blz. 731]

Gedrukte tekst door Erasmus met zijn Latijnse vertaling. Deze Griekse tekst (met kleine variaties) werd de „textus receptus” (aanvaarde tekst)

[Illustratie op blz. 732]

Een recente uitgave van de christelijke Geschriften in het Grieks, uitgegeven door Eberhard Nestle. Een systeem van voetnoten geeft tekstvarianten weer

    Nederlandse publicaties (1950-2023)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2023 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen