Is het werkelijk „gewoon het lot”?
„HET doet er niet toe wie je bent of wat je doet”, zei de bedroefde man, „zulke dingen kunnen gebeuren.” Zijn vriend was dodelijk getroffen door brokken graniet die van een gebouw waren neergestort. „Het is het lot”, besloot hij somber.
Maar zijn wij werkelijk hulpeloze pionnen van iets dat „het lot” heet? Eeuwenlang heeft de mens met deze vraag getobd, en daar was alle reden toe. Zoals koning Salomo eens opmerkte: ’Niet de snellen hebben de wedloop, noch de sterken de strijd, noch de wijzen het voedsel, noch de verstandigen de rijkdom, noch zelfs zij die kennis bezitten de gunst’ (Prediker 9:11). Wat is de verklaring voor deze ongerijmdheden?
Salomo verklaarde: „Tijd en onvoorziene gebeurtenissen treffen hen allen.” Maar veel mensen geloven dat God hun bestemming bepaalt. Velen hangen bijvoorbeeld de theorie van de zestiende-eeuwse theoloog Johannes Calvijn over de „predestinatie” of „voorbeschikking” aan. Andere geestelijken hadden beweerd dat God enkelingen voorbestemde om gered te worden. Maar Calvijn trok deze gedachte door tot de logische en beangstigende conclusie dat er ook mensen tot de verdoemenis werden voorbeschikt! Hij noemde dit het decretum horribile of „het verschrikkelijk decreet” van God.
Sommigen brachten daar tegenin dat zo’n leerstelling God verantwoordelijk stelde voor de zonde. Maar in een poging om de argumenten te weerleggen van „een bepaalde waardeloze figuur” die tegen zijn theorie gekant was, antwoordde Calvijn verontwaardigd: „Deze ellendige ziet niet dat hij door zich vast te klampen aan valse voorwendselen om Gods rechtvaardigheid te verontschuldigen, zijn macht ondermijnt.” Het was voor Calvijn ondenkbaar dat een almachtige God geen absolute voorkennis zou bezitten.
Het geloof in predestinatie of in het lot moet wel van diepgaande invloed op iemands levenswijze zijn. Maar leert de bijbel werkelijk dat wij eenvoudig slachtoffers van „het lot” zijn?