’Loop zo dat u de prijs moogt behalen’
„Weet gij niet dat de hardlopers in een wedloop allen hardlopen, maar dat slechts één de prijs ontvangt? Loopt zo dat gij hem moogt behalen.” — 1 KORINTHIËRS 9:24.
1, 2. (a) Wat zou voor een christen in deze tijd een grote tragedie zijn? (b) Welke raad gaf Paulus in 1 Korinthiërs 9:24, en hoe was die raad van toepassing op de christenen in Korinthe?
HET had een grootse climax moeten worden, na twaalf jaar van keiharde voorbereiding. Maar nauwelijks halverwege de wedstrijd zakte de jonge atlete in elkaar, waardoor er een abrupt einde kwam aan haar dromen over een olympische gouden medaille. De nieuwsmedia noemden haar val een „tragedie”.
2 Het zou echter nog veel tragischer zijn indien een getuige van Jehovah de wedloop om het leven niet ten einde zou lopen, vooral nu de beloofde Nieuwe Ordening zo vlak voor de deur staat! (2 Petrus 3:13) De apostel Paulus zei dan ook terecht: „Weet gij niet dat de hardlopers in een wedloop allen hardlopen, maar dat slechts één de prijs ontvangt? Loopt zo dat gij hem moogt behalen” (1 Korinthiërs 9:24). Sommigen in het oude Korinthe liepen gevaar de strijd te moeten opgeven doordat zij zelfzuchtig deden waar zij zin in hadden, zelfs als zij daarmee andermans ’geweten kwetsten’ (1 Korinthiërs 8:1-4, 10-12). Het winnen van de wedloop vergde echter offers, want Paulus zei: „Iedereen die aan een wedstrijd deelneemt, [oefent] zelfbeheersing . . . Ik ben hard voor mijn lichaam en leid het als een slaaf, om niet, na tot anderen te hebben gepredikt, zelf op een of andere wijze afgekeurd te worden.” — 1 Korinthiërs 9:25-27.
3. (a) Welke situatie die in Kolosse heerste, zou aldaar wonende christenen belet kunnen hebben de wedloop ten einde te lopen? (b) Was het voor de christenen te Kolosse raadzaam zich in de filosofie en de mystiek te verdiepen?
3 Toen Paulus later aan de Kolossenzen schreef, waarschuwde hij voor nog een mogelijk gevaar — mensen die hun „de prijs” des levens zouden kunnen „ontroven” (Kolossenzen 2:18). Wat moesten christenen dus doen om ’zo te lopen dat zij hem behaalden’? Raadde de apostel hun aan zich in de filosofie en de mystiek te verdiepen om met succes met valse leraren te kunnen debatteren? Neen, want christenen waren „gestorven ten opzichte van de elementaire dingen van de wereld” en dienden niets te maken te willen hebben met de filosofieën en overleveringen van de wereld. — Kolossenzen 2:20.
4. Hoe zou het verwerven van „nauwkeurige kennis” de christenen in Kolosse helpen?
4 Daarom moedigde Paulus zijn medegelovigen aan al hun krachten in te spannen om „vervuld [te] worden met de nauwkeurige kennis van [Gods] wil in alle wijsheid en geestelijk onderscheidingsvermogen”. Ja, door „nauwkeurige kennis” — en niet door ijdele bespiegelingen — zouden zij geholpen worden te „wandelen op een wijze die Jehovah waardig is, ten einde hem volledig te behagen” (Kolossenzen 1:9, 10; zie ook Kolossenzen 3:10). Zeker, de meeste christenen in Kolosse zullen wel hebben kunnen vertellen wat de fundamentele leringen uit de Schrift waren. Maar door studie en meditatie moesten zij voortbouwen op die basis en stevig worden „gegrond op het fundament”, namelijk Christus (Kolossenzen 1:23; 1 Korinthiërs 3:11). Wanneer zij eenmaal die diepgang hadden bereikt, zou ’niemand hen met overredende argumenten kunnen misleiden’ (Kolossenzen 2:4). Door Gods Woord bekwaam te hanteren, zouden zij de beweringen van eventuele engelenaanbidders of judaïsten doeltreffend kunnen weerleggen. — Deuteronomium 6:13; Jeremia 31:31-34.
5. (a) Geef enkele voorbeelden van „diepe dingen” die een rijpe christen dient te weten en te begrijpen. (b) Hoe blijkt uit de ervaring van een zuster dat het gevaarlijk is geen „nauwkeurige kennis” tot zich te nemen?
5 Bent u echter verder gegaan dan „de grondleer” en hebt u getuurd in „de diepe dingen Gods”? (Hebreeën 6:1; 1 Korinthiërs 2:10) Kunt u bijvoorbeeld de beesten uit Openbaring identificeren, of uitleggen wat de geestelijke tempel is? (Openbaring hfdst. 13; Hebreeën 9:11) Kunt u toelichten wat de schriftuurlijke basis is voor de hedendaagse organisatie van Jehovah’s Getuigen? Bent u goed onderlegd in de bijbelse leer? Een christelijke zuster bemerkte hoeveel moeite zij ermee had haar geloofsovertuigingen te verdedigen toen zij met een vrouw de Drieëenheid besprak. Later gaf de vrouw onze zuster lectuur waarin Jehovah’s organisatie werd belasterd. „Ik raakte geestelijk zwaar gedeprimeerd”, vertelt deze Getuige. Gelukkig kon een ouderling de leugenachtige beweringen van de tegenstanders ontmaskeren en onze zuster weer opbouwen in het geloof (Judas 22, 23). „Nu begrijp ik”, merkt zij op, „waarom het Genootschap altijd zegt dat wij moeten bidden, studeren en mediteren.”
„Beven voor mensen”
6. (a) Wat is voor sommige dienstknechten van God een struikelblok gebleken? Geef enkele bijbelse voorbeelden. (b) Waardoor wordt mensenvrees dikwijls ingegeven?
6 „Het beven voor mensen, dát spant een strik”, waarschuwde de wijze man (Spreuken 29:25). En soms kan iemand door een ziekelijke „vrees voor de dood” of een buitensporig verlangen om door anderen geaccepteerd te worden, in deze strik geraken (Hebreeën 2:14, 15). Elia bijvoorbeeld nam het onbevreesd op tegen de Baälaanbidders. Maar toen koningin Izébel bevel gaf hem ter dood te brengen, „werd [hij] bevreesd . . . en ging heen ter wille van zijn ziel en kwam te Berséba” (1 Koningen 19:1-3). Ook de apostel Petrus gaf toe aan mensenvrees in de nacht dat Jezus gevangengenomen werd. Petrus had gesnoefd: „Heer, ik ben gereed met u zowel de gevangenis als de dood in te gaan”, maar toen men hem ervan beschuldigde dat hij een van Christus’ discipelen was, „begon hij te vloeken en te zweren: ’Ik ken de mens niet!’” — Lukas 22:33; Matthéüs 26:74.
7. (a) Wat was vermoedelijk de werkelijke reden waarom sommigen in Kolosse probeerden het christendom met het judaïsme te vermengen? (b) Wie schijnen in deze tijd een soortgelijke beweegreden te hebben?
7 Het is mogelijk dat een uit vrees geboren verlangen om geaccepteerd te worden, de werkelijke reden is geweest waarom sommigen probeerden het christendom te vermengen met het judaïsme. Toen er zich in Galátië judaïsten begonnen te roeren, stelde Paulus hun huichelarij aan de kaak met de woorden: „Allen die zich een innemend voorkomen willen geven in het vlees, trachten u ertoe te dwingen dat gij u laat besnijden, alleen om niet . . . te worden vervolgd” (Galáten 6:12). Zou het kunnen zijn dat een soortgelijk verlangen om door anderen geaccepteerd te worden sommigen er recentelijk toe heeft gebracht Jehovah’s organisatie te verlaten?
8, 9. (a) Hoe zou een christen in deze tijd mensenvrees aan de dag kunnen leggen? (b) Hoe kan deze vrees overwonnen worden?
8 Christenen moeten eraan werken dergelijke angstgevoelens te overwinnen. Indien u aarzelt in uw eigen buurt te prediken, of indien u terughoudend bent als het erom gaat aan familie, collega’s of medescholieren getuigenis te geven, denk dan eens aan de vraag van Jehovah in Jesaja 51:12: „Wie zijt gij dat gij bevreesd zoudt zijn voor een sterfelijk mens die zal sterven, en voor een mensenzoon die tot louter groen gras gemaakt zal worden?” (Vergelijk Matthéüs 10:28.) Herinner uzelf eraan dat „hij die op Jehovah vertrouwt, . . . beschermd [zal] worden” (Spreuken 29:25). Petrus overwon zijn mensenvrees en is uiteindelijk als martelaar gestorven (Johannes 21:18, 19). En veel broeders in deze tijd geven van dezelfde moed blijk.
9 Een zendelinge die diende in een land waar het predikingswerk verboden was, zei: „Er is geloof voor nodig om naar een vergadering of in de dienst te gaan terwijl je weet dat je de kans loopt door de politie te worden opgepakt.” Maar net als de psalmist zeiden de broeders daar: „Jehovah staat aan mijn zijde; ik zal niet vrezen. Wat kan de aardse mens mij doen?” (Psalm 118:6) En het werk in dat land ging goed vooruit en is onlangs wettelijk erkend. Geregelde deelname aan de velddienst zal ook u beslist helpen hetzelfde vertrouwen in Jehovah aan te kweken.
Gezinsbanden
10. (a) Welke emotionele behoefte is universeel, en hoe wordt er gewoonlijk in voorzien? (b) Geef bijbelse voorbeelden van mannen die hun gehechtheid aan hun vrouw zwaarder hebben laten wegen dan hun verhouding met Jehovah.
10 In een boek getiteld The Individual, Marriage, and the Family wordt gezegd: „Een universele behoefte van de individu in iedere samenleving en in ieder deel van de samenleving is de behoefte ’ergens bij te horen’ en iemand te hebben die veel voor hem betekent en die ’bij hem hoort’.” In deze behoefte wordt gewoonlijk voorzien door de gezinsregeling, die Jehovah heeft ingesteld (Efeziërs 3:14, 15). Dikwijls echter maakt Satan misbruik van onze gehechtheid aan onze gezinsleden. De sterke gevoelens die Adam voor zijn vrouw koesterde, zetten hem er blijkbaar toe aan zich bij haar aan te sluiten in haar opstand zonder zich om de gevolgen te bekommeren (1 Timótheüs 2:14). En wat deed Salomo? Ondanks zijn vermaarde wijsheid „geschiedde het toen Salomo oud werd, dat zijn eigen vrouwen zijn hart tot het volgen van andere goden hadden geneigd; en zijn hart bleek niet onverdeeld met Jehovah, zijn God, te zijn . . . En Salomo ging doen wat slecht was in de ogen van Jehovah”. — 1 Koningen 11:4-6.
11. Hoe ’eerde Eli zijn zonen meer dan Jehovah’?
11 Herinnert u zich de bejaarde Eli, een hogepriester van Israël? Zijn zonen Hofni en Pinehas waren „nietswaardige mannen” die ’Jehovah niet erkenden’. Zij gaven blijk van onverholen minachting voor slachtoffers die aan Jehovah werden gebracht en bedreven seksuele immoraliteit ’met de vrouwen die dienst deden bij de ingang van de tent der samenkomst’. Toch protesteerde Eli slechts uiterst zwak („Waarom blijft gij dergelijke dingen doen?”) en deed hij geen moeite hen uit hun bevoorrechte ambt te ontzetten. Het kwam erop neer dat hij ’zijn zonen meer eerde dan Jehovah’, en dit kostte hem — en hun — het leven! — 1 Samuël 2:12-17, 22, 23, 29-34; 4:18.
12. (a) Welke waarschuwing gaf Jezus betreffende gezinsbanden? (b) Welke wereldse redenatie zou iemand kunnen volgen als het om bloedverwanten gaat, maar is dit schriftuurlijk juist?
12 Misplaatste gevoelens van loyaliteit zouden u derhalve in uw wedloop om het leven kunnen belemmeren. Jezus zei tot zijn discipelen: „Wie grotere genegenheid voor vader of moeder heeft dan voor mij, is mij niet waardig; en wie grotere genegenheid voor zoon of dochter heeft dan voor mij, is mij niet waardig” (Matthéüs 10:37; Lukas 14:26). Maar als een van uw geliefden nu eens uit de waarheid ging of uitgesloten werd? Zou u dan instemmen met de wereldse gedachte dat „het bloed kruipt waar het niet gaan kan” en samen met die bloedverwant uw ondergang tegemoetgaan? Of zou u geloof stellen in de woorden van Psalm 27:10: „Ingeval mijn eigen vader en mijn eigen moeder mij werkelijk verlieten — ja, Jehovah zelf zou mij opnemen”?
13. Hoe bewezen de zonen van Korach hun loyaliteit aan Jehovah, en hoe werden zij hierom gezegend?
13 Zo’n geloof hadden de zonen van Korach. Hun vader was de leider van een opstand tegen de autoriteit van Mozes en Aäron. Jehovah bewees echter op dramatische wijze dat hij achter Mozes en Aäron stond door Korach en degenen die met hem hadden samengespannen, ter dood te brengen. „De zonen van Korach stierven echter niet” (Numeri 16:1-3, 28-32; 26:9-11). Blijkbaar weigerden zij hun vader in zijn opstand te volgen, en Jehovah zegende hun loyaliteit door hen in leven te laten. Afstammelingen van hen hebben later het voorrecht gehad gedeelten van de bijbel te schrijven! — Zie de opschriften van Psalm 42, 44–49, 84, 85, 87, 88.
14. Welke ervaring illustreert hoe zegenrijk het is loyaliteit aan Jehovah boven loyaliteit aan familieleden te stellen?
14 Ook in deze tijd leidt loyaliteit tot zegeningen. Een jonge Getuige vertelt welk standpunt hij en zijn broers innamen toen hun moeder, die als christen reeds lang inactief was, een overspelig huwelijk aanging. „Wij stelden de ouderlingen op de hoogte van de kwestie”, zo vertelt hij, „en aangezien zij niet bij ons thuis woonde, besloten wij onze omgang met haar te beperken totdat de ouderlingen de zaak konden behandelen. Het was het moeilijkste dat wij ooit hebben moeten doen.” De moeder protesteerde: „Betekent jullie eeuwige leven meer voor jullie dan ik?” Hierop antwoordden zij: „Onze verhouding met Jehovah gaat ons boven alles.” De vrouw was zo geschokt dat zij tot oprecht berouw kwam, haar geestelijke gezindheid herwon en thans weer een actieve verkondigster van het goede nieuws is.
15. (a) Hoe hebben sommige ouders toegelaten dat hun eigen kinderen tot een struikelblok werden? (b) Hoe kan een ouder zowel zichzelf als zijn nageslacht helpen leven te verwerven?
15 Sommigen hebben toegelaten dat hun eigen kinderen tot een struikelblok werden. Het is voorgekomen dat ouders die niet beseften dat ’dwaasheid gebonden is aan het hart’ van jongeren, hebben toegelaten dat hun kinderen nauwe omgang hadden met wereldse mensen, naar onverkwikkelijke gezelligheidsbijeenkomsten gingen en zelfs afspraakjes maakten terwijl zij nog veel te jong waren om te trouwen (Spreuken 22:15). Wat is dikwijls het tragische gevolg van zo’n toegeeflijkheid? Geestelijke schipbreuk (1 Timótheüs 1:19). Sommigen maken het kwaad zelfs nog erger door de overtredingen van hun kinderen slinks te bedekken! (Spreuken 3:32; 28:13) Door echter loyaal vast te houden aan bijbelse beginselen, helpt een ouder niet alleen zichzelf maar ook zijn kinderen de prijs des levens te behalen. — 1 Timótheüs 4:16.
Uw vrienden — ’Wijs’ of ’verstandeloos’?
16. (a) Hoe kunnen onze vrienden ons sterk beïnvloeden? (b) Wie zijn bijzonder gevoelig voor de invloed van vrienden, en hoe komt dat?
16 Het boek Sociology: Human Society merkt op: „Het verlangen naar de achting van zijn beste vrienden plaatst iemand onder zware druk om zich aan hun maatstaven aan te passen.” Het boek Adolescence toont aan dat jongeren bijzonder gevoelig zijn voor die druk. Het verklaart: „[Dit komt] door de veranderingen die zich voltrekken in hun lichaam, in hun zelfbeleving en in hun relatie tot het gezin. Het gevolg is dat zij meer tijd met hun vrienden gaan doorbrengen en minder in het gezin.”
17. (a) Illustreer hoe waar de woorden van Spreuken 13:20 zijn. (b) Welk soort vrienden zou als „wijs” beschouwd kunnen worden? (c) Hoe kunnen jonge mensen in deze tijd het voorbeeld van de jonge Samuël volgen?
17 Wat niet uit het oog verloren mag worden, is datgene wat in Spreuken 13:20 staat: „Hij die met wijzen wandelt, zal wijs worden, maar wie zich met de verstandelozen inlaat, zal het slecht vergaan.” Een christelijk meisje bekent: „Ik begin echt last te krijgen van alle slechte omgang op school. Vandaag betrapte ik mezelf erop dat ik op school een vloek wilde gebruiken . . . Hij lag mij al op de tong, maar ik kon hem nog net binnenhouden.” Droevig genoeg zijn enkele christelijke jongeren door zogenaamde vrienden tot bijzonder ernstige misdragingen verleid. Maar als jij een jongere bent en de prijs wilt behalen, zoek dan wijze vrienden — vrienden die geestelijk gezind zijn, zich fatsoenlijk gedragen en opbouwend zijn in hun spraak. Bedenk dat de jonge Samuël niet met de slechte zonen van Eli omging. Hij bleef druk bezig met het ’dienen van Jehovah’ en werd zodoende niet besmet door hun verdorvenheid. — 1 Samuël 3:1.
Behaal de prijs!
18. (a) Hoe zouden sommige broeders ons, misschien onopzettelijk, kunnen belemmeren in onze wedloop om het leven? (b) Wat kan ons tegen zulke ongezonde invloeden beschermen?
18 Hoed u dus voor een ieder die u de prijs des levens zou kunnen ontroven. Natuurlijk betekent dit niet dat u uw broeders met achterdocht moet bezien. Maar soms kunnen bepaalde broeders, misschien onopzettelijk, dingen zeggen waardoor u ontmoedigd raakt. (’Waarom moet je je toch altijd zo uitsloven? Denk je soms dat jij de enige bent die straks leven krijgt?’) Misschien zijn zij zelfs zo onbarmhartig u om uw oprechte krachtsinspanningen te veroordelen. (’Ik snap niet hoe je het in je hoofd haalt te gaan pionieren als je toch een gezin hebt. Het is gewoon niet eerlijk tegenover je kinderen.’) Bedenk echter dat Jezus de aansporing van Petrus om ’het kalm aan te doen’, van de hand wees (Matthéüs 16:22, 23). Gebruik uw door de bijbel geoefende oor om ’woorden te toetsen’, en laat u niet beïnvloeden door woorden die niet de klank van de waarheid hebben (Job 12:11). Bedenk dat Paulus zei: „Als iemand kampt, zelfs in de spelen, wordt hij niet gekroond indien hij niet volgens de regels heeft gekampt” (2 Timótheüs 2:5). Ja, u moet uw denken laten leiden door Gods „regels” — niet door onschriftuurlijke meningen. — Vergelijk 1 Korinthiërs 4:3, 4.
19, 20. (a) Hoe probeerden Jozefs broers hem kwaad te berokkenen, en hoe reageerde Jozef op hun harteloosheid? (b) Hoe kunnen wij ervoor zorgen dat onvolmaakte mensen ons niet tot struikelen brengen? (c) Waartoe dienen wij met betrekking tot de prijs vastbesloten te zijn, en waarom?
19 Het is waar dat een medechristen u soms met een ondoordacht woord kan „steken” (Spreuken 12:18). Laat u daardoor niet afbrengen van de wedloop om het leven! Denk aan Jozef. Zijn eigen broers overwogen hem te vermoorden, en hoewel zij zich daarvan lieten weerhouden, verkochten zij hem ten slotte in wrede slavernij. Jozef liet echter niet toe dat hij hierdoor verbitterd raakte of ’woedend werd op Jehovah’ (Spreuken 19:3). In plaats van wraak te nemen, gaf hij hun later de gelegenheid om een veranderde houding aan de dag te leggen. En toen hij hun berouw opmerkte, „kuste hij al zijn broers en weende aan hun hals”. Het was zoals Jakob later zei: „De boogschutters [Jozefs jaloerse broers] bleven hem . . . bestoken en schoten op hem en bleven een vijandige gezindheid jegens hem koesteren.” Toch vergold Jozef hun haat met goedheid. In plaats van zich door die ervaring uit het veld te laten slaan, ’was de sterkte van zijn handen soepel’. — Genesis 37:18-28; 44:15–45:15; 49:23, 24.
20 Laat u dus niet door onvolmaakte mensen tot struikelen brengen, maar blijf ’zo lopen dat u de prijs behaalt’! Laat u, net als Jozef, door beproevende ervaringen sterker in plaats van zwakker maken. (Vergelijk Jakobus 1:2, 3.) Laat uw liefde voor God zo sterk blijken te zijn dat geen mens een struikelblok voor u kan worden (Psalm 119:165). Bedenk altijd dat Jehovah de prijs van eeuwig leven in het vooruitzicht stelt — een prijs die elke beschrijving en alle begrip te boven gaat. Laat niemand u daarvan beroven!
Kunt u zich dit herinneren?
◻ Waarom is nauwkeurige kennis zo belangrijk voor christenen?
◻ Hoe kunnen wij de mensenvrees overwinnen die sommigen heeft belet leven te verwerven?
◻ Hoe zou iemands eigen gezin een struikelblok kunnen blijken te zijn?
◻ Hoe dient een christen te reageren op ontmoedigende of zelfs kwetsende woorden van medechristenen?
[Illustratie op blz. 16]
Door onze geest en ons hart te vullen met nauwkeurige kennis, rusten wij ons toe om dwaalideeën te weerleggen
[Illustratie op blz. 18]
Petrus verloochende Jezus uit vrees voor mensen. Later overwon de apostel deze vrees, iets wat alle ware christenen moeten doen