Jullie dienstvergaderingen
WEEK DIE OP 12 NOVEMBER BEGINT
Thema: Geloof met werken — Jakobus 2:26.
15 min: Lied 24, mededelingen en Bijkantoorbrief.
15 min: „Toon een levend geloof.” (Behandeld door velddienstopziener.) Vraag-en-antwoordbespreking. Gelieve niet-uitgeschreven teksten op te zoeken en te bespreken. Laat verkondigers zich erop voorbereiden te vertellen hoe men een dusdanig schema zou kunnen opstellen dat men in november en december meer tijd aan de velddienst kan besteden. Als sommigen in staat zijn in december de hulppioniersdienst op zich te nemen, laat hen dan kort vertellen hoe zij hun tijd willen indelen. Licht allen erover in dat er voldoende velddienstbijeenkomsten zijn gepland op tijden die praktisch zijn voor pioniers, hulppioniers en verkondigers.
15 min: „’Laat alle dingen betamelijk geschieden.’” Lezing en interview van ouders wier kinderen een goed voorbeeld stellen. Ouders kunnen uiteenzetten wat zij hebben gedaan om hun kinderen goed op te leiden. Demonstreer hoe nieuwelingen in Koninkrijkszaal te begroeten. Moedig allen aan hier een aandeel aan te hebben. Lok commentaren uit van toehoorders wat zij kunnen doen om eraan mee te helpen de zaal schoon en presentabel te houden.
15 min: „’Heb altijd volop te doen in het werk van de Heer.’” Zaalbespreking van artikel. Laat enkelen iets over hun drukke schema vertellen en wat ervoor nodig is om er de hand aan te houden. Beschouw wat er van Paulus’ voorbeeld geleerd kan worden. Lok commentaren uit waarom het traktatenwerk een nuttig doel dient en hoe dit van invloed dient te zijn op onze houding ten aanzien van een druk schema. Lied 109 en gebed.
WEEK DIE OP 19 NOVEMBER BEGINT
Thema: Jongeren — zorg ervoor je weg stevig te bevestigen. — Spr. 4:26.
20 min: Lied 73. Plaatselijke mededelingen.
Beveilig je hart. Zaalbespreking van Spreuken hoofdstuk 4. Vraag verscheidene jongeren de verzen te lezen. Bespreek vragen met zaal. (Vs. 1, 2) Welke houding dienen jongeren ten opzichte van hun ouders te hebben? Waarom? (Vs. 3-6) Welke voordelen vloeien eruit voort te luisteren naar raad van ouders, die ouder zijn en meer ervaring hebben? (Vs. 7-9) Hoe kan een jeugdig persoon wijsheid demonstreren? (Vs. 20-23) Hoe kan je je hart beveiligen en waarom is dat zo belangrijk? (Vs. 24-27) Wat voor slechte gedragingen zal je vermijden als je je weg stevig bevestigt? (Nodig jongeren uit voorvallen te vertellen waarbij zij goede raad hebben toegepast en hebben ervaren dat dat in hun voordeel uitviel.)
20 min: Begrijp je waarom? Zaalbespreking van vragen die jonge mensen betreffen. Vragen dienen gericht te worden tot ouders en andere volwassenen, waarbij de bedoeling is dat zij vriendelijk uitleggen waarom bepaalde raad wordt gegeven. Probeer jongeren te helpen meer te zien dan alleen de regels als zodanig en te beseffen waarom zij er verstandig aan doen ernaar te luisteren. Streef ernaar positief en hulpvaardig te zijn; vermijd het kritisch te zijn.
Voorzitter: Sommigen jonge mensen gaan een wrok koesteren jegens ouders, onderwijzers en anderen die autoriteit bezitten, omdat zij van mening zijn dat zij op vele manieren zonder goede reden kort worden gehouden. Gevolg: verzet tegen raad en een communicatiekloof. Hoe kunnen wij hen helpen te begrijpen waarom er richtlijnen zijn opgesteld om hun gedrag in bepaalde banen te leiden? Hoe zouden jullie deze vragen beantwoorden?
(1) Het is een gewone zaak dat op scholen en andere plaatsen tabak, alcohol en drugs gebruikt worden. Waarom maken ouders zich dan zo bezorgd als zij zo iets horen? (2 Kor. 7:1; Spr. 23:20, 21) (2) Jonge mensen hebben behoefte aan ontspanning. Waarom krijgen zij de raad vele vormen van vermaak en sport te mijden? (1 Tim. 4:8; Fil. 4:8) (3) Vanaf de tijd van de bijbel heeft iedere beschaving haar muziek en dansen gehad. Waarom zoveel bezorgdheid over wat nu populair is? (Jak. 1:14, 15; 1 Petr. 1:14-16) (4) Jongeren zoeken graag het gezelschap van leeftijdgenoten. Waarom worden enkele beperkingen opgelegd aan hun omgang met elkaar? (1 Kor. 15:33; Spr. 13:20) (5) Waarom moedigen jullie hen aan een volledig aandeel te hebben aan de activiteiten van de gemeente en de mogelijkheid te overwegen de pioniersdienst op te nemen? — Pred. 12:1; 1 Tim. 6:18, 19.
20 min: Gods Woord kan je helpen verstandige beslissingen te nemen (Ps. 19:7). Bespreking tussen ouderling en groep jongeren op podium. Groep geeft commentaar op volgende vragen, waarbij schriftuurlijke richtlijnen worden gebruikt die in het „Jeugd”-boek te vinden zijn: (1) Wat zijn de bijbelse beginselen die je kunnen helpen te bepalen welke soort kleding en uiterlijke verzorging gepast is voor je? (Hfdst. 7) (2) Welk gezichtspunt zal je helpen geen gevoel van wrevel jegens je ouders te koesteren? (Hfdst. 10) (3) Wat zijn enkele goede redenen om je best te doen op school? (Hfdst. 11) (4) Welke voordelen heeft het trouwplannen uit te stellen tot voorbij de tienerjaren? (Hfdst. 20) (5) Welke belangrijkheid dien je aan geld en materiële zaken toe te kennen in je plannen voor de toekomst? (Hfdst. 21) (6) Hoe is een kennis van de waarheid een groot voordeel wanneer je moet beslissen wat je je voor de toekomst ten doel stelt? (Hfdst. 23) (7) Op welke wijze zal je goede gedrag uiteindelijk worden beloond? (Hfdst. 24)
Besluit met warme aanmoediging, waardering tot uitdrukking brengend voor de jongeren in ons midden. Lied 19 en gebed.
WEEK DIE OP 26 NOVEMBER BEGINT
Thema: Volg de „God van alle vertroosting” na. — 2 Kor. 1:3.
12 min: Lied 34. Plaatselijke mededelingen. Lezing over Jehovah als „God van alle vertroosting” (2 Kor. 1:3). Schepping laat zien dat hij zich bekommert om welzijn van alle personen. Ook verslag van zijn handelingen verschaft troost, verzekert ons dat wij niet alleen staan of zonder hoop zijn (Rom. 15:4, 5). Jezus beloofde troost aan hen die treuren over de verdorvenheid van het huidige stelsel en hun eigen zondigheid erkennen en vergeving zoeken (Matth. 5:4). Zullen wij Jehovah navolgen door anderen te troosten?
28 min: „Blijf elkaar vertroosten.” Zaalbespreking. Wij kunnen allemaal een troost zijn voor elkaar. Paulus vertroostte zijn broeders en hielp hen getrouw te zijn (1 Thess. 2:11, 12). Wij dienen net zo te handelen (1 Thess. 5:11). Wat zou jij in de volgende gevallen doen?
(1) De ongelovige echtgenoot van een zuster maakt het haar moeilijk vergaderingen te bezoeken of aandeel aan de velddienst te hebben. (2) Een jongere heeft het er moeilijk mee anders te zijn dan zijn schoolmakkers. (3) Oudere Getuige kan minder doen en is vaak ziek (Hebr. 6:10). (4) Broeder is terneergeslagen nadat hij raad heeft gekregen (Hebr. 12:5, 11). (5) Broeder is ontmoedigd door de druk op zijn werk om tegen zijn geweten in te gaan (Hebr. 13:5, 6, 18). (6) Broeder of zuster die ongehuwd is of huwelijkspartner heeft verloren, zou graag trouwen maar kan geen geschikte christelijke partner vinden. — 1 Kor. 7:28.
Wanneer wij dergelijke situaties zien, bekommeren wij ons er dan echt om? Wat was de laatste keer dat wij gezinslid of medegetuige die troost of aanmoediging nodig had, hebben geprobeerd te troosten en op te bouwen? Goed om Jehovah hierin na te volgen. — 2 Kor. 1:3, 4.
20 min: Anderen vertroosten levert voortreffelijke resultaten op. Lezing met commentaren uit de zaal en misschien interviews. Christenen vertroosten niet alleen andere Getuigen. Goede nieuws verkondigen omvat ook vertroostende boodschap met anderen te delen, zoals Jezus deed (Jes. 61:2; Luk. 4:16-21). Hebben huisbewoners je niet vaak hun moeilijkheden of problemen verteld, of heb je niet gehoord hoe zij hun bedroefdheid uiten over de achteruitgang van de moraal? Hier worden je mogelijkheden geboden om uit Gods Woord vertroosting te schenken.
Wat zou je doen als huisbewoner zegt dat kort geleden gezinslid is gestorven? Noodzaak onderscheidingsvermogen te gebruiken en tactvol te zijn. Enkele troostrijke bijbelverzen openen misschien de weg voor verder getuigenis later (Joh. 11:19, 31). Zijn er dergelijke ervaringen? Wat heb je gezegd? Wat was de reactie?
Interview enkele in de gemeente, of nodig zaal uit ervaringen te vertellen: (1) Hoe zij wellicht op de waarheid hebben gereageerd omdat zij werden vertroost, of hoe zij zijn geholpen vorderingen te maken door vertroostende aanmoediging. (2) Vreugde die zij hebben gesmaakt anderen (al dan niet Getuigen) te vertroosten, en wat hier voor goeds uit is voortgekomen. Probeer „vaart” in dit onderdeel te houden. Lied 40 en gebed.
WEEK DIE OP 3 DECEMBER BEGINT
18 min: Lied 52. Gezin bespreekt artikel „Kringvergaderingen voorzien in onze behoeften”. Vader bespreekt met gezin wat zij hebben gedaan om het geleerde van het vorige programma toe te passen en bouwt aldus verwachting op voor het komende programma. Verwerk tevens plaatselijke mededelingen en financieel overzicht.
15 min: „Het goede nieuws aanbieden — Op feestdagen.” Vragen en antwoorden. Demonstreer punten uit paragraaf twee en drie, of een benadering die bijzonder passend zou zijn voor jullie gebied.
Verwerk mededeling van regelingen voor groepsgetuigenis gedurende feestdagen. Moedig allen die dit kunnen, ertoe aan een groter aandeel dan normaal aan de dienst te hebben.
27 min: Dit onderdeel kan plaatselijk voorbereid worden. Verwerk hierin bespreking van plaatselijke plannen en van regelingen die zijn getroffen opdat allen in de gemeente een aandeel kunnen hebben aan de aanbieding voor december, namelijk de bijbel en het Paradijs-boek. Het congresprogramma en de afgelopen kringvergadering bieden wellicht waardevolle gedachten om een opbouwend programma samen te stellen. Lied 77 en gebed.