Studievragen voor de brochure Jehovah’s Getuigen en de bloedkwestie
Eerste week
3 1 Welk feit omtrent bloed wordt beter begrepen?
3 2 Wat is een aanvaarde therapeutische methode, maar wie zijn het daar niet mee eens?
3 3, 4 Welke bijbelse zienswijze bezitten Jehovah’s Getuigen met betrekking tot het leven, en welke vragen doet dit rijzen?
3 5 Wat is het doel van deze publikatie, en hoe zal de kwestie worden behandeld?
4 1 Voor wie is dit onderwerp van belang?
4 2 Wat zijn enkele zienswijzen met betrekking tot het gebruik van bloed, en op basis waarvan nemen Jehovah’s Getuigen hun standpunt inzake bloed in?
5 1 Welke vraag rijst logischerwijs met het oog op het standpunt dat door Jehovah’s Getuigen wordt ingenomen?
5 2, 3 Waardoor wordt aangetoond dat de bijbel veel over bloed te zeggen heeft, en welk gebod inzake bloed gaf God vroeg in de geschiedenis van de mensheid?
6 1 Waardoor wordt aangetoond dat bij het doden van dieren meer betrokken is dan alleen maar de kwestie van eetgewoonten?
6 2, 3 Wat verbond de Schepper aan het gebruik van bloed, en hoe weten wij dat het niet alleen maar gaat om het bloed van dieren?
7 1, 2 Wat was de aard van het gebod aan Noach inzake bloed, en welk commentaar van een rabbijn is hier van toepassing?
8 1, 2 Welke wet aan Israël toonde dat Gods verbod inzake bloed nog steeds van toepassing was, en wat was de enige manier waarop Israëlieten bloed konden gebruiken?
8 3, 4 (a) Welke voorzorgsmaatregel moesten Israëlitische jagers nemen wanneer zij dieren doodden voor voedsel, en waarom? (b) Welk feit erkenden zij door acht te slaan op dit gebod?
9 1 (a) Welke straffen toonden aan dat het schenden van Gods wet inzake bloed een ernstige overtreding was? (b) Welke schriftplaatsen tonen dat het eten van vlees met zijn bloed schuld tot gevolg had?
9 2 Welk schriftuurlijke voorbeeld laat zien dat Gods wet inzake bloed niet opzij gezet kon worden in noodgevallen?
Tweede week
10 1 Waarom is het redelijk te concluderen dat Gods wet betreffende dierlijk bloed ook van toepassing is op menselijk bloed?
10 2 Welke uitwerking had de offerandelijke dood van de Messias op de beperkende bepalingen in de Mozaïsche wet in verband met voedsel?
10 3 Wat werd er, toen de kwestie over de besnijdenis voor christenen uit de natiën werd behandeld, besloten met betrekking tot bloed?
11 1 Waarvan werd deze beslissing van het apostolische concilie een deel?
11 2, 3 Waarvan maakte die beslissing expliciet melding, en hoe weten wij dat het niet slechts de mening van de apostelen was?
12 1 Welk onderscheid maakte die verordening volgens professor Walther Zimmerli?
12 2 Waaruit blijkt dat het gebod zich van bloed te onthouden een moreel vereiste was, en niet slechts een bepaling in verband met voedsel?
12 3, 4 Waaruit blijkt de bindende aard van het verbod inzake bloed en dat het niet slechts een tijdelijk vereiste was?
13 1, 2 Wat zegt Eusebius met betrekking tot het verbod inzake bloed dat in zijn tijd werd erkend?
13 3 tot 14 2 Wat zeiden Tertullianus en Minucius Felix met betrekking tot christenen in hun dagen die geen bloed aten?
14 3, 4 Welke uitspraken deden een bisschop en een katholieke bijbelgeleerde inzake het onderwerp bloed?
15 1 Wat verklaarde het Quinisextum Concilie inzake bloed, en wat zei Otto van Bamberg tegen nieuwe bekeerlingen betreffende bloed?
15 2 Wat schreef Maarten Luther betreffende Handelingen 15:28, 29?
15 3 Welk commentaar gaf een baptistentheoloog op Genesis 9:3, 4?
16 1 Welk antwoord gaf de geestelijke William Jones aan degenen die het bijbelse verbod inzake bloed zouden negeren?
16 2 Wat zijn Jehovah’s Getuigen vastbesloten te doen met betrekking tot bloed, en op welke feiten en schriftplaatsen is dit gebaseerd?
Derde week
17 1 Welke drie punten zijn vastgesteld, en wat vormt de schriftuurlijke basis voor elk punt?
17 2, 3 Welke vraag komt nu naar voren, en van welke medische technieken kan worden gezegd dat de bijbelse beginselen ze omvatten?
17 4 tot 18 1 Welk onderscheid wordt in Handelingen 15:29 niet gemaakt, en waarom niet?
18 2 Welk vastberaden standpunt nemen Jehovah’s Getuigen in, en waarvan zijn zij overtuigd?
19 1, 2 Wat staat bij de bloedkwestie op het spel, en welke woorden van de psalmist onderschrijven wij van ganser harte?
19 3, 4 Welk standpunt namen de vroege christenen in en wat kostte dit hen?
20 1 Welke verantwoordelijkheid nemen Jehovah’s Getuigen op zich?
20 2, 3 (a) Welk bezwaar wordt opgeworpen tegen het weigeren van bloedtransfusies? (b) Waarom kunnen Getuigen niet beschuldigd worden van zelfmoord, zoals opgemaakt kan worden uit het getuigenis van anderen?
21 1 Waarom is het weigeren van bloedtransfusies niet een gebruik maken van iemands recht om te sterven?
21 2 Welk recht hebben rechtbanken aan individuele personen toegekend, en waarom is dat logisch?
22 1, 2 (a) Wat wordt uiteindelijk door de patiënt beslist? (b) Door welke vrijheid van de mens wordt het recht en de plicht van een arts beperkt?
22 3 Wat is de houding van enkele personen met betrekking tot de instandhouding van leven, maar welke vragen doet dit rijzen?
23 1 Wat laat volgens N. L. Cantor zien dat de heiligheid van het leven niet het hoogste goed is, en hoe zou dit geïllustreerd kunnen worden?
23 2 Welk standpunt van de Getuigen zal iemand verhinderen te proberen een behandeling op te dringen die tegen hun beginselen indruist?
24 1 Welke uitspraak werd in één medisch tijdschrift gedaan over artsen die proberen een bepaalde behandeling op te dringen die het geweten van de patiënt geweld aandoet?
Vierde week
24 2, 3 Waarom zou een arts het benauwend kunnen vinden om een Getuige te behandelen die een bloedtransfusie weigert?
25 1, 2 Overeenkomstig welke medische en wettelijke beginselen mag een chirurg niet zijn eigen overtuiging volgen indien deze het geweten van de patiënt geweld aandoet?
26 1, 2 Wat dient een arts, in plaats van zich uit een zaak terug te trekken, te doen wanneer hij geconfronteerd wordt met de weigering van een patiënt om een bloedtransfusie te aanvaarden?
26 3 Wat kan er worden gezegd over de morele verplichting van zowel de patiënt als de arts met betrekking tot een ’buitengewone’ behandeling?
27 1 Welk standpunt nemen Getuigen in met betrekking tot medische behandeling in het algemeen, maar met welke uitzondering?
27 2 Welke feiten waarderen en erkennen Getuigen met betrekking tot hun standpunt inzake bloed?
28 1 Van welk feit zijn Getuigen zich bewust, en wat zijn zij bereid onder ogen te zien?
28 2 Welke conclusie werd er in een extreem geval getrokken na een succesvolle operatie zonder bloed?
29 1 Waarom behoeven artsen niet bevreesd te zijn voor processen wegens nalatigheid door Getuigen vanwege hun standpunt inzake bloed?
29 2 Wat is de strekking van het formulier waarvan het Amerikaanse Medische Genootschap patiënten die bloedtransfusies weigeren, aanbeveelt het te ondertekenen?
30 1 Hoe tonen de Getuigen dat zij bereid zijn persoonlijke verantwoordelijkheid te aanvaarden voor hun weigering van bloedtransfusies?
30 2 Wat is er gezegd over de waarschijnlijkheid dat een dokter strafrechtelijk vervolgd zou worden omdat hij een patiënt geen bloedtransfusie heeft opgedrongen?
30 3 Wat is de situatie in Engeland wanneer een patiënt sterft omdat hij een bloedtransfusie heeft geweigerd?
31 1, 2 Welke morele verplichting heeft een arts, maar welke morele verplichting heeft hij niet?
31 3 Aan welke aanklacht zou een arts blootgesteld kunnen worden indien hij een patiënt die Getuige is tegen zijn wens een bloedtransfusie heeft toegediend?
32 1, 2 Welke handelwijze van een arts zou ’ethisch gezien hoogst ongepast zijn’, en waarom is dit zo?
32 3 tot 33 1 (a) Wat had de in West-Duitsland verschijnende Medical Tribune te zeggen over het geven van een bloedtransfusie aan een patiënt terwijl hij buiten bewustzijn was? (b) Welke uitspraak van een gerechtshof onderstreepte deze situatie, hetgeen tot welke conclusie leidde?
Vijfde week
33 2, 3 (a) Welk aspect van dit onderwerp is het meest beladen met emoties? (b) Hoe denken Getuigen daarover, en waarom?
34 1 (a) Wat is het gevolg geweest van een gebrek aan onderwijs door ouders? (b) Wat doen ouders die Getuigen zijn daarentegen?
35 1, 2 Waarom dient een arts niet van mening te zijn dat hij een kind een bloedtransfusie moet geven in weerwil van de vastberaden wens van de ouders?
35 3 Waarom is het fundamenteel inconsequent onder dwang een bloedtransfusie toe te dienen aan een kind van ouders die Getuigen zijn?
36 1 Noem een grove tegenstrijdigheid die in sommige ziekenhuizen voorkomt.
36 2 Wat zei een Schotse lector over het onder dwang toedienen van bloedtransfusies aan volwassenen en kinderen?
37 1, 2 Hoe vormt het beginsel van keuze in behandelingsmethode een argument tegen onder dwang toegediende bloedtransfusies?
37 3 Welk feit met betrekking tot de aard van medische kennis vormt een verder argument tegen onder dwang toegediende bloedtransfusies?
37 4 Hoe houdt het beginsel van het behandelen van de „hele mens” verband met onder dwang toegediende bloedtransfusies?
38 1, 2 Wat kan er worden gezegd over het genezen van het lichaam terwijl de geest van iemand wordt gebroken?
38 3 tot 39 2 Welke feiten pleiten ervoor dat het standpunt van de Getuigen betreffende bloedtransfusies niet onredelijk is?
39 3, 4 Waarom blijven sommige artsen in gebreke bloedtransfusies objectief te bezien, en waarom hebben sommige rechters alternatieve behandeling aanbevolen?
40 1, 2 Welk feit omtrent bloed houdt sterk verband met de waarde van bloedtransfusies?
40 3 tot 41 1 Welke andere kenmerken van bloed houden verband met de risicofactor bij bloedtransfusies?
41 2-4 Welk getuigenis is er om te tonen dat er bij bloedtransfusies risico’s betrokken zijn?
42 1-3 Waarom kunnen goed ingelichte artsen de gevaren van bloedtransfusies niet als overdreven van de hand wijzen?
43 1 Is het waarschijnlijk dat de problemen met bloedtransfusies minder zullen worden? Indien niet, waarom dan niet?
Zesde week
43 2, 3 Welke verschillende soorten risico’s zijn verbonden met bloedtransfusies?
44 1, 2 Wat zijn enkele van de onmiddellijke schadelijke reacties van bloedtransfusies?
44 3 tot 45 1 In welke mate is het gevaar van het overbrengen van een ziekte verbonden met bloedtransfusies?
45 2, 3 Wat kan er worden gezegd over de kans om serumhepatitis te krijgen?
46 1 Waarom is de mogelijkheid dat een Getuige serumhepatitis krijgt meer dan een gerechtvaardigd risico?
46 2, 3 Welke feiten getuigen ertegen dat een patiënt er redelijkerwijs zeker van kan zijn dat hij een aanval van serumhepatitis zal overleven?
46 4 tot 47 1 In welke mate hebben moderne technieken de risico’s om serumhepatitis van een bloedtransfusie te krijgen, tenietgedaan?
47 2 Welk dilemma veroorzaakt met syfilis besmet bloed?
48 1, 2 Welke andere infecties kunnen door bloedtransfusies worden overgedragen?
48 3 Wat is nog een gevaar wat verband houdt met bloedtransfusies, en hoe ernstig is het?
48 4 Wat verlangen sommige ziekenhuizen van patiënten met het oog op de gevaren die aan bloedtransfusies verbonden zijn?
49 1 Wat is de voornaamste reden waarom Getuigen geen bloedtransfusies zullen aanvaarden?
49 2 tot 50 1 Welke alternatieven zijn er voor bloedtransfusies bij de meeste chirurgische ingrepen?
50 2 tot 51 1 Wat is eigenlijk de voornaamste behoefte wanneer er sprake is van groot bloedverlies?
51 2 Welke vloeistof is de juiste keuze wanneer er sprake is van veel bloedverlies?
51 3 tot 52 1 Tot in welke mate kan iemand het verlies van bloed verdragen, en waarom zijn alternatieve oplossingen geen vervanging van bloed?
Zevende week
52 2, 3 Wat hebben de feiten aangetoond met betrekking tot een veilig hematocriet of hemoglobinegehalte voor chirurgisch ingrijpen?
53 1, 2 Wat heeft men geleerd met betrekking tot de vraag of bloedtransfusie onmiddellijk het zuurstofdragend vermogen van bloed verhoogt?
54 1 Wat zijn enkele van de vloeistoffen die worden gebruikt als alternatieven voor bloedtransfusies?
54 2 Welke andere plasmavolume-aanvullende oplossingen zijn met goede resultaten gebruikt?
55 1 Wat kan er worden gezegd over het gebruik van verschillende volumevergrotende vloeistoffen in het acute stadium van een bloedvolumecrisis?
55 2, 3 Welke bewijzen tonen aan dat bloed niet de enige doeltreffende vervanging voor bloedverlies is?
55 4 tot 56 1 Noem enkele van de voordelen die plasma-aanvullende vloeistoffen hebben boven bloed.
56 2 Welke interessante feiten hebben de ervaringen van dr. Denton Cooley onthuld?
57 1 Wat zijn de resultaten van bloedloze hartoperaties bij volwassenen die Getuige zijn en hun kinderen op lange termijn geweest?
57 2, 3 Wat zijn de resultaten geweest wanneer Getuigen operaties moesten ondergaan waarbij bloed gewoonlijk als noodzakelijk werd beschouwd?
58 1 Wat is de ervaring geweest van dr. Philip Roen?
58 2 tot 59 1 Welke feiten tonen aan dat er medisch gezien tegemoet gekomen kan worden aan het standpunt van de Getuigen met betrekking tot bloedtransfusies?
59 2 tot 60 1 (a) Wat dient een arts met het oog op al de voorgaande feiten omtrent Jehovah’s Getuigen te erkennen? (b) Wat betekent dit in de praktijk voor hem?
61 1, 2 Welke raad wordt de Getuigen gegeven wanneer zij met de kwestie van een bloedtransfusie worden geconfronteerd?
61 3 Waarvan geven de Getuigen door hun standpunt inzake bloed blijk, waarbij zij zich houden aan welk voorbeeld van de vroege christenen?