32 Met de stenen bouwde hij een altaar+ voor de naam van Jehovah. Hij maakte rondom het altaar een geul die zo groot was als een stuk grond dat met twee sea* zaad bezaaid werd.
32 Vervolgens bouwde hij van de stenen een altaar+ in de naam van Jehovah+ en maakte rondom het altaar een geul met ongeveer een oppervlakte die met twee sea-maten* zaad bezaaid kon worden.