2 Daarop begonnen Zerubba̱bel,+ de zoon van Sea̱lthiël, en Je̱sua,+ de zoon van Jo̱zadak, het huis van God in Jeruzalem te herbouwen.+ De profeten van God waren met hen en stonden hen bij.+
2 Het was toen dat Zerubba̱bel,+ de zoon van Sea̱lthiël,*+ en Je̱sua,+ de zoon van Jo̱zadak, opstonden en het huis van God, dat in Jeru̱zalem was, begonnen te herbouwen; en met hen waren Gods profeten,+ die hen bijstonden.