33 Ik zal jullie verstrooien onder de volken,+ en ik zal een getrokken zwaard achter jullie aan sturen.+ Jullie land zal een woestenij worden,+ en jullie steden zullen in puin komen te liggen.
33 En U zal ik onder de natiën verstrooien,+ en ik wil een zwaard achter U ontbloten;+ en UW land moet een woestenij worden,+ en UW steden zullen een verlaten ruïne worden.