7 Als een van je broeders arm wordt in een van de steden in het land dat Jehovah, je God, je geeft, wees dan niet harteloos of gierig tegenover je arme broeder.+
7 Ingeval iemand van uw broeders arm wordt onder u in een van uw steden,* in uw land dat Jehovah, uw God, u geeft, moogt gij uw hart niet verharden, noch uw hand voor uw arme broeder gesloten houden.+