3 “Ik zal vier rampen* op ze af sturen,”+ verklaart Jehovah, “het zwaard om te doden, de honden om weg te slepen en de vogels in de lucht en de dieren op aarde om te verslinden en te vernietigen.+
3 ’En ik wil vier families over hen aanstellen’,+ is de uitspraak van Jehovah, ’het zwaard om te doden, en de honden om weg te slepen, en de vliegende schepselen van de hemel+ en de dieren van de aarde om te eten en te verderven.