-
Aantekeningen Markus — Hoofdstuk 9Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
-
-
met vuur gezouten: Deze beeldspraak kan op twee manieren begrepen worden. (1) Als je de woorden koppelt aan wat Jezus net heeft gezegd (in Mr 9:43-48), dan zouden ze duiden op vernietiging door het vuur van Gehenna. Mogelijk zinspeelde Jezus op wat er gebeurde met Sodom en Gomorra, in de buurt van de Dode Zee (Zoutzee), toen God ‘zwavel en vuur’ op die steden liet regenen (Ge 19:24). In die context zouden Jezus’ woorden ‘iedereen moet met vuur gezouten worden’ betekenen dat allen die toelaten dat zij of anderen door hun handen, voeten of ogen struikelen en ontrouw worden, gezouten zouden worden met het vuur van Gehenna, oftewel eeuwige vernietiging. (2) Als je de woorden ‘met vuur gezouten’ koppelt aan wat Jezus daarna zegt (in Mr 9:50), dan had hij het misschien over een vuur dat een gunstige uitwerking zou hebben op zijn volgelingen en de vrede onder hen zou bevorderen. In die context zou iedereen — dat wil zeggen al zijn discipelen — gereinigd en gelouterd worden door Jehovah’s Woord, dat alle leugens en dwalingen verbrandt, en ook door het vuur van vervolging en beproevingen, die iemands loyaliteit en toewijding aan Jehovah op de proef stellen en louteren (Jer 20:8, 9; 23:29; 1Pe 1:6, 7; 4:12, 13). Het kan goed zijn dat Jezus deze betekenissen allebei in gedachten had.
-