-
Aantekeningen Lukas — Hoofdstuk 23Nieuwewereldvertaling van de Bijbel (studie-uitgave)
-
-
een schitterend gewaad: Het kan zijn dat Herodes Antipas, districtsregeerder van Galilea en Perea en in naam een Jood, een van zijn eigen schitterende, mogelijk witte, koningsmantels heeft gebruikt om Jezus te verkleden als zogenoemde Koning van de Joden voordat hij hem naar Pilatus terugstuurde. Het Griekse woord dat hier voor gewaad wordt gebruikt (esthes) duidde meestal op een rijkversierd kledingstuk. Engelen verschenen in zulke kleding (Lu 24:4; zie ook Jak 2:2, 3). Dit Griekse woord wordt ook gebruikt voor het koninklijke gewaad dat Herodes Agrippa I droeg (Han 12:21). Het Griekse woord dat hier met ‘schitterend’ is weergegeven (lampros) komt van een woord dat ‘schijnen’, ‘stralen’, ‘schitteren’ betekent. Als het voor kleding wordt gebruikt, duidt het op mooie kleding en soms op glanzende of witte kleding. Blijkbaar is dit een ander gewaad dan de scharlakenrode mantel of het purperen gewaad dat Pilatus’ soldaten Jezus later omdeden bij het verblijf van de gouverneur (Mt 27:27, 28, 31; Jo 19:1, 2, 5; zie aantekeningen bij Mt 27:28 en Mr 15:17). Herodes, Pilatus en de Romeinse soldaten hadden blijkbaar dezelfde bedoeling toen ze Jezus deze twee verschillende kledingstukken aantrokken: hem belachelijk te maken als de zogenoemde Koning van de Joden (Jo 19:3).
-