-
De allesovertreffende rol van Jezus Christus in Gods voornemenDe Wachttoren 1973 | 1 augustus
-
-
Zoon te weten gekomen wat u over hem kunt weten? Tracht u nu gebruik te maken van de zegeningen die u, als gevolg van zijn uiterst belangrijke rol, kunt smaken? Geeft u hem de eer die hem toekomt door u in uw dagelijkse leven volledig en vrijwillig aan hem als hoofd te onderwerpen? Stelt u al uw hoop voor de toekomst op Gods voorziening door bemiddeling van hem als de Voornaamste Bewerker van het leven? Doe dit nu en ontvang „uit zijn volheid . . . zelfs onverdiende goedheid op onverdiende goedheid” van Jehovah God, de Vader van Christus Jezus. — Joh. 1:16.
-
-
De burgers van Malawi staan tegenover een essentiële beslissingDe Wachttoren 1973 | 1 augustus
-
-
De burgers van Malawi staan tegenover een essentiële beslissing
CHRISTENEN over de gehele wereld zijn diep getroffen door de hevige vervolging die sinds enige tijd tegen Jehovah’s christelijke getuigen in de Zuidoostafrikaanse natie Malawi woedt.
Iedere burger van dit land, dat ongeveer drie maal zo groot is als Nederland, is erbij betrokken, want minstens één op de 194 personen van de 4.530.000 inwoners behoort tot degenen die worden vervolgd.
De vraag waar iedere burger daarom tegenover staat is: Zal ik een standpunt innemen voor wat juist is en tegen onderdrukking? Zal ik een van degenen zijn ten aanzien van wie Jezus zei: „Al wie een van deze kleinen [een christelijke discipel] slechts een beker koud water te drinken geeft omdat hij een discipel is, voorwaar, ik zeg u, zijn beloning zal hem geenszins ontgaan”? — Matth. 10:42.
Jehovah’s getuigen staan bekend als vredelievende mensen, gehoorzaam aan de wetten van de natie waarin zij leven. Niettemin zijn zij in Malawi geslagen, gemarteld en sommigen van hen zijn zelfs gedood. Duizenden werden met gevaar voor hun leven uit het land verdreven, met achterlating van al hun bezittingen. Meer dan 20.000 vluchtten het land uit, van wie 19.000 naar Zambia aan de westgrens van Malawi, waar zij als ongewenste bezoekers in kampen werden geplaatst. Als gevolg van de ontberingen stierven 350 personen, onder wie vele kinderen.
Dit was echter niet voldoende om hun vervolgers tevreden te stellen. Onder valse voorwendsels dat zij naar gezondere kampen in Zambia werden overgebracht, werden de uitgewekenen in bussen en op vrachtwagens geladen en naar Malawi teruggebracht, waar zij werden opgewacht door gewapende strijdkrachten van Malawi en naar hun dorpen werden gestuurd. Eenentwintig van de presiderende opzieners van gemeenten werden meteen toen zij in Malawi aankwamen, in de gevangenis geworpen; drie andere Getuigen werden later in het district Rumphi in de gevangenis geworpen.
Bij sommigen werden er spijkers door hun handen gedreven, anderen werden met naainaalden gestoken. Een groep van vier Getuigen werd naar twaalf verschillende bureaus van de Malawi-Congrespartij gebracht, waarbij zij gedwongen werden een afstand van vierenzestig kilometer te lopen zonder in vier dagen iets te eten te krijgen.
Nu zijn velen van hen gedwongen geweest opnieuw te vluchten, de meesten naar Moçambique, waar er nu meer dan 34.000 in twaalf vluchtelingenkampen wonen.
Waarom worden christenen zo gehaat en gewelddadig behandeld in een land waarvan de President voor het Leven, Dr. H. Kamuzu Banda,
-