-
Door God geordineerde bedienaren van het evangelieDe Wachttoren 1960 | 15 maart
-
-
zijn werkgever ook bestelen door zijn tijd op zijn werk met nietsdoen door te brengen. Hij verwacht door zijn werkgever betaald te worden. Waarom kan de werkgever dan niet verwachten dat er voor het door hem betaalde geld wordt gewerkt? „Al wat gij doet met . . . werk, doet het alles in den naam des Heren Jezus”. Doet ú dit ook?
29. Welke houding nam de apostel Paulus ten opzichte van de slaaf Onésimus aan nadat deze een christen was geworden?
29 Paulus was niet de mening toegedaan dat Onésimus, een slaaf van Filémon, buiten het bereik van zijn werkgever moest worden gehouden. Toen Onésimus een christen werd, ontdekte Paulus dat hij een slaaf was en zond hij hem naar zijn eigenaar terug. De slaaf, nu een christen, behoorde Filémon nog steeds toe, ook al was Filémon zelf een christen. In een brief schreef Paulus over Onésimus: „Ik [kom] u een verzoek doen voor mijn kind, dat ik in mijn gevangenschap verwekt heb, Onésimus, die vroeger onbruikbaar voor u was, maar nu zeer bruikbaar is, zowel voor u als voor mij. En ik zend hem, dat wil zeggen mijn hart, aan u terug”. Ondanks dat Paulus Onésimus, die van zijn eigenaar was weggelopen, voor zichzelf heel bruikbaar vond, wilde Paulus dat hij naar zijn eigenaar zou terugkeren, en wel omdat dit juist was en hij daar volgens de wet behoorde, en opdat „gij [Filémon] hem voorgoed zoudt terughebben, nu niet meer als slaaf, maar als meer dan slaaf, als een geliefden broeder, in hoge mate voor mij, hoeveel te meer dan voor u, zowel in het vlees als in den Here” (Filém. 10-12, 15, 16). De Schrift geeft te kennen dat een christen, ongeacht in welke toestand hij zich bevindt, of hij nu een slaaf is of een zelfstandige werker, zijn werk moet verrichten alsof hij het „in den naam des Heren Jezus” doet, „God, den Vader, dankende door Hem”.
30. Wat moeten christenen derhalve zijn?
30 Christenen moeten eerlijk en waarheidlievend zijn. Zij moeten bewijzen dat zij geordineerde bedienaren van het evangelie zijn, en dit niet alleen wanneer zij het goede nieuws prediken, maar in alles wat zij doen, opdat alle soorten van mensen gered mogen worden. Hierdoor tonen zij dat ’het woord van God in gelovigen werkzaam is’. Bent u een christen die in uw eten en drinken, in uw gesprekken, uw werk, uw prediking of wat u maar doet, alles tot Gods heerlijkheid verricht, opdat er maar iemand gered zou mogen worden? ’Zoekt u vrede en jaagt u die na’? Een christen weet dat „de ogen des Heren . . . op de rechtvaardigen”, zijn geordineerde bedienaren van het evangelie, zijn. — 1 Petr. 3:11, 12.
-
-
Verschil van meningDe Wachttoren 1960 | 15 maart
-
-
Verschil van mening
Een communistische intellectueel opperde tegenover de leider van Rood China, Mao-Tse-toeng, de mening dat „het communisme liefde is”. Het hoofd der Chinese communisten antwoordde: „Neen, kameraad, het communisme is geen liefde; het is een hamer welke wij gebruiken om er de vijand mee te vernietigen”. — Time van 1 december 1958.
-
-
ErratumDe Wachttoren 1960 | 15 maart
-
-
Erratum
In de derde zin van boven, tweede kolom, op bladzijde 755 van De Wachttoren van 15 december 1959, dienen na het woord „oudheid” de volgende woorden te worden ingevoegd: „die een beeld was van”.
-