-
Ze kwam op voor Gods volkDe Wachttoren 2011 | 1 oktober
-
-
Er was een man die steeds belangrijker werd aan het hof van Ahasveros. Hij heette Haman. De koning stelde hem als eerste minister aan, zodat hij zijn belangrijkste adviseur en de tweede in het rijk werd. De koning bepaalde zelfs dat iedereen die Haman tegenkwam, voor hem moest buigen (Esther 3:1-4). Dat stelde Mordechai voor een probleem. Hij was bereid de koning te gehoorzamen, maar niet als hij daarmee tegen Gods wil inging. Haman was namelijk een Agagiet. Dat betekende kennelijk dat hij afstamde van Agag, de Amalekitische koning die door Gods profeet Samuël was terechtgesteld (1 Samuël 15:33). De Amalekieten waren zo slecht dat ze zich tot vijanden van Jehovah en van Israël hadden gemaakt. Als volk waren de Amalekieten door God veroordeeld (Deuteronomium 25:19).b Hoe kon een trouwe Jood voor een koninklijke Amalekiet buigen? Dat kon Mordechai niet. En hij hield voet bij stuk. Ook nu nog hebben mannen en vrouwen hun leven geriskeerd om zich te houden aan het principe: „Wij moeten God als regeerder meer gehoorzamen dan mensen” (Handelingen 5:29).
-
-
Ze kwam op voor Gods volkDe Wachttoren 2011 | 1 oktober
-
-
b Haman was misschien een van de allerlaatste Amalekieten, want „het overblijfsel” van hen werd in de tijd van koning Hizkia al gedood (1 Kronieken 4:43).
-