14 Verder zei God: „Dat er [hemel]lichten komen aan het uitspansel van de hemel om scheiding te maken tussen de dag en de nacht;+ en ze moeten dienen tot tekenen en voor [het vaststellen van] tijdperken en dagen en jaren.+
20 „Dit heeft Jehovah gezegd: ’Indien gijlieden mijn verbond van de dag en mijn verbond van de nacht zoudt kunnen verbreken, ja, zodat dag en nacht zich niet op hun tijd zouden voordoen,+