Numeri 11:11 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 11 Voorts zei Mo̱zes tot Jehovah: „Waarom hebt gij uw knecht* kwaad berokkend, en waarom heb ik geen gunst in uw ogen gevonden, dat gij de vracht van heel dit volk op mij legt?+
11 Voorts zei Mo̱zes tot Jehovah: „Waarom hebt gij uw knecht* kwaad berokkend, en waarom heb ik geen gunst in uw ogen gevonden, dat gij de vracht van heel dit volk op mij legt?+