7 En vervolgens zei ik tot hen: ’Werpt weg, een ieder van U, de walgelijkheden van zijn ogen,+ en verontreinigt U niet met de drekgoden van Egy̱pte.+ Ik ben Jehovah, UW God.’+
4 Overspeelsters,*+ weet GIJ niet dat de vriendschap met de wereld vijandschap met God is?+ Al wie daarom een vriend+ van de wereld wil zijn, maakt zich tot een vijand van God.+