10 Daarna zei Jo̱zua: „Hieraan zult GIJ weten dat er een levende God in UW midden is,+ en dat hij zonder mankeren de Kanaänieten en de Hethieten en de Hevieten en de Ferezieten en de Girgasieten en de Amorieten en de Jebusieten van voor UW aangezicht zal verdrijven.+