4 Gij moogt u geen gesneden beeld maken, noch enige gedaante gelijkend op iets wat in de hemel boven of wat op de aarde beneden of wat in de wateren onder de aarde is.+
14 Ieder mens* heeft zich zo redeloos gedragen dat hij niets weet.+ Iedere metaalbewerker zal zich stellig schamen over het gesneden beeld,+ want zijn gegoten beeld is een leugen,+ en er is geen geest* in ze.+