6 Weest moedig en sterk.+ Weest niet bevreesd en krimpt niet van angst ineen voor hen,+ want Jehovah, uw God, zelf trekt met u mee. Hij zal u niet in de steek laten, noch u geheel en al verlaten.”+
5 Niemand zal zich voor u krachtig staande kunnen houden, al de dagen van uw leven.+ Juist zoals ik bewezen heb met Mo̱zes te zijn, zo zal ik bewijzen met u te zijn.+ Ik zal u niet in de steek laten, noch u geheel en al verlaten.+
10 Wees niet bevreesd, want ik ben met u.+ Blik niet rond, want ik ben uw God.*+ Ik wil u sterken.+ Ik wil u werkelijk helpen.+ Ik wil u werkelijk stevig vasthouden met mijn rechterhand+ van rechtvaardigheid.’+
5 Laat [UW] levenswijze vrij zijn van de liefde voor geld,+ en weest tevreden+ met de tegenwoordige dingen.+ Want hij heeft gezegd: „Ik wil u geenszins in de steek laten noch u ooit verlaten.”+