21 Vervolgens strekte hij zich driemaal over het kind uit+ en riep tot Jehovah en zei: „O Jehovah, mijn God, laat toch alstublieft de ziel+ van dit kind in hem terugkeren.”
10 Maar Pa̱u̱lus ging naar beneden, wierp zich op hem+ en sloeg zijn armen om hem heen en zei: „Houdt ermee op misbaar te maken, want zijn ziel* is in hem.”+