7 En de grens ging omhoog naar De̱bir bij de laagvlakte van A̱chor+ en wendde zich noordwaarts naar Gi̱lgal,+ dat tegenover de opgang van Adu̱mmim ligt, die ten zuiden van het stroomdal ligt; en de grens liep naar de wateren van En-Se̱mes,+ en haar eindpunt bleek En-Ro̱gel+ te zijn.