Rechters 5:5 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 5 De bergen vloeiden* weg van voor het aangezicht van Jehovah,+Deze Si̱naï+ van voor het aangezicht van Jehovah,+ I̱sraëls God.+ Micha 1:4 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 4 En de bergen moeten onder hem smelten,+ en de laagvlakten zelf zullen vaneensplijten, als was vanwege het vuur,+ als water dat van een steile plaats wordt gestort. Nahum 1:5 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 5 Ja, de bergen hebben geschud wegens hem, en zelfs de heuvels versmolten.+ En de aarde zal opgeheven worden wegens zijn aangezicht; ook het productieve land,* en allen die erop wonen.+ Habakuk 3:6 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 6 Hij stond stil, om [de] aarde dooreen te schudden.+ Hij zag en deed de natiën vervolgens opspringen.+ En de eeuwige bergen werden verpletterd;+ de voor onbepaalde tijd blijvende heuvels bogen zich neer.+ De gangen van weleer zijn de zijne.
5 De bergen vloeiden* weg van voor het aangezicht van Jehovah,+Deze Si̱naï+ van voor het aangezicht van Jehovah,+ I̱sraëls God.+
4 En de bergen moeten onder hem smelten,+ en de laagvlakten zelf zullen vaneensplijten, als was vanwege het vuur,+ als water dat van een steile plaats wordt gestort.
5 Ja, de bergen hebben geschud wegens hem, en zelfs de heuvels versmolten.+ En de aarde zal opgeheven worden wegens zijn aangezicht; ook het productieve land,* en allen die erop wonen.+
6 Hij stond stil, om [de] aarde dooreen te schudden.+ Hij zag en deed de natiën vervolgens opspringen.+ En de eeuwige bergen werden verpletterd;+ de voor onbepaalde tijd blijvende heuvels bogen zich neer.+ De gangen van weleer zijn de zijne.