Job 34:29 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 29 Wanneer hijzelf rust verschaft, wie kan dan veroordelen?En wanneer hij [zijn] aangezicht verbergt,+ wie kan hem dan aanschouwen,Waarbij het gelijk blijft of het een natie+ of een mens* betreft? Ezechiël 34:13 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 13 En ik wil hen uitleiden+ uit de volken en hen bijeenbrengen uit de landen en hen op hun grond brengen+ en hen weiden op de bergen van I̱sraël, bij de stroombeddingen en bij alle woonplaatsen van het land.+
29 Wanneer hijzelf rust verschaft, wie kan dan veroordelen?En wanneer hij [zijn] aangezicht verbergt,+ wie kan hem dan aanschouwen,Waarbij het gelijk blijft of het een natie+ of een mens* betreft?
13 En ik wil hen uitleiden+ uit de volken en hen bijeenbrengen uit de landen en hen op hun grond brengen+ en hen weiden op de bergen van I̱sraël, bij de stroombeddingen en bij alle woonplaatsen van het land.+