7 Maar de Soevereine Heer Jehovah zelf zal mij helpen.+ Daarom zal ik mij niet te schande gemaakt hoeven voelen. Daarom heb ik mijn aangezicht gemaakt als vuursteen, en ik weet dat ik niet beschaamd zal worden.+
46 Omstreeks het negende uur riep Jezus met een luide stem en zei: „Eli, Eli, lama sabachthani?”,* dat wil zeggen: „Mijn God, mijn God, waarom hebt gij mij verlaten?”+