22 En wanneer gij in uw hart zult zeggen:+ ’Waarom zijn deze dingen mij overkomen?’+ — vanwege de overvloed van uw dwaling zijn uw slippen als bedekking weggenomen;+ uw hielen zijn met geweld bejegend.
5 „Zie! Ik ben tegen u”,*+ is de uitspraak van Jehovah der legerscharen,* „en ik wil uw slippen, die u tot bedekking dienen, over uw gezicht trekken, en ik wil natiën uw naaktheid doen zien,+ en koninkrijken uw oneer.