Jeremia 49:1 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 49 Aangaande de zonen van A̱mmon+ heeft Jehovah het volgende gezegd: „Heeft I̱sraël dan geen zonen, of heeft hij geen enkele erfgenaam? Waarom heeft Ma̱lkam*+ bezit genomen van Gad,*+ en is diens volk zelfs in [I̱sraëls*] steden gaan wonen?”+ Ezechiël 25:2 Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen 2 „Mensenzoon, richt uw aangezicht naar de zonen van A̱mmon en profeteer tegen hen.+
49 Aangaande de zonen van A̱mmon+ heeft Jehovah het volgende gezegd: „Heeft I̱sraël dan geen zonen, of heeft hij geen enkele erfgenaam? Waarom heeft Ma̱lkam*+ bezit genomen van Gad,*+ en is diens volk zelfs in [I̱sraëls*] steden gaan wonen?”+